Help, mijn kind wil niet eten!? | 5 tips voor een positieve opvoeding aan tafel.

Gezond eten is belangrijk; dat weten we allemaal. Maar wist je ook dat gezond eten niet alleen belangrijk is voor de lichamelijke groei, ontwikkeling en gezondheid, maar ook voor de cognitieve en sociale vaardigheden van je kind (0-18 jaar)?

Kinderen en tieners, die gezond eten zijn namelijk minder vaak ziek, kunnen zich beter concentreren en zitten beter in hun vel. Ze hebben zelfs minder kans op hart- of vaatziektes als ze volwassen zijn.

Helaas is het eetpatroon van jeugdig Nederland niet optimaal. Voor alle leeftijdsgroepen geldt dat ze gemiddeld te weinig groente, fruit, vis en vezels eten. Als volwassenen weten we dat juist dat de gezonde ingrediënten zijn en we zagen graag dat onze kinderen daar voldoende van aten.

De grote vraag is alleen: hoe zorg je er nou voor dat je kind die gezonde ingrediënten daadwerkelijk gaat eten? Daar wil ik je in dit artikel graag een aantal praktische tips voor geven.
Dit artikel verscheen eerder in aangepaste vorm verschenen op de website van CJG043 met als titel ‘Je kind gezond leren eten – Tips van een opvoedcoach‘. Hieronder lees je de uitgebreidere versie.

(1) Zorg voor gezonde producten in huis.
De meest voor de hand liggende tip is natuurlijk om zelf vooral de gezonde producten in huis te halen. Als je geen ongezonde producten in huis hebt, kan je kind ze thuis ook niet eten. Dat is een heel logische en duidelijke stap, die je als ouder makkelijk kunt zetten. Dat betekent ook dat je als ouder zelf in de hand hebt hoe gezond je kind eet. Je haalt gezonde ingrediënten en producten in huis, waardoor je gezonde maaltijden kunt bereiden. Alleen is dat natuurlijk nog geen garantie dat je kind jouw gezonde maaltijd daadwerkelijk gaat eten. Daar heb je weer andere strategieën voor nodig.

Uiteraard begrijp ik ook wel dat jij of je kind het fijn vindt om een aantal ongezonde producten in huis te hebben. Maak daar dan duidelijke afspraken over. Spreek met je kind af hoe vaak per dag en wanneer je kind een snoepje, koekje of iets anders mag eten. Een duidelijke afspraak is bijvoorbeeld: je mag 1x per dag een ongezond tussendoortje en dat eten we ’s middags als je thuis komt uit school. Zo weet je kind dat het wel af en toe een snoepje of koekje mag eten, maar niet de hele dag door.
Wil je meer tips over hoe je omgaat met het snoepen van je kind? Klik dan hier om mijn artikel ‘Snoep, snoep en nog eens snoep – Hoe je een eind maakt aan het gezeur over snoep.’ te lezen.

————————————————-
Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat moeite heeft met luisteren, slapen, eten of zindelijk worden?
Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord op wil?
Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.
————————————————-

(2) Laat weten wat je kind goed doet
Stimuleer je kind op een positieve manier om de maaltijd, die je hebt klaar gemaakt, te proeven. Eén van de belangrijke aspecten van positief stimuleren is dat je je kind laat weten wat het goed doet aan tafel. Benoem wat jíj vindt dat je kind goed doet. Bijv. benoem dat je kind goed aan tafel blijft zitten, dat het netjes met zijn bestek eet, dat het goed is dat het van alles een hapje proeft en ga zo maar door. Hoe klein of onbeduidend het in jouw ogen ook is, voor je kind is het ontzettend belangrijk om te weten wat het goed doet. Dat stimuleert je kind namelijk om dat vaker te gaan doen.
Klik hier om te lezen hoe je je kind waardevolle complimenten geeft.

(3) Proeven, proeven, proeven
Je kind leert alleen gezond te eten door het gezonde eten ook daadwerkelijk in de mond te nemen en te proeven. Stimuleer je kind dan ook om iets nieuws te proeven. Sommige kinderen vinden dat heel spannend en hebben jou nodig om hen over die drempel te helpen. Dat gaat vaak eerst gepaard met weerstand en ongemak, maar zodra ze het eenmaal geproefd hebben, merken ze dat het eigenlijk best wel meeviel. Dat is een belangrijke succeservaring voor je kind. En die ervaring maakt de kans groter dat hij de volgende keer iets makkelijker het volgende nieuwe ingrediënt durft te proeven.

Laat kinderen trouwens ook producten of ingrediënten proeven, die ze nu (nog) niet lekker vinden. We weten dat het soms nodig is om 10-15 keer iets te proeven om het te leren waarderen en om het zonder mopperen te eten (en bij sommige producten nog wel vaker…). Blijf het dus toch aanbieden; de aanhouder wint. Door het te blijven aanbieden en proeven, leert je kind uiteindelijk om het te eten.

————————————————-
Wil je mijn nieuwste, waardevolle OpvoedTips als eerste in je mailbox ontvangen?
Klik dan hier hoe je dat – heel eenvoudig – voor elkaar krijgt.
————————————————-


(4) Geef je kind een passende portie.
Geef je kind een passende portie. In praktijk betekent dat vooral: geef je kind niet te veel. Stel je zelf maar eens voor dat je veel van iets moet eten wat je niet lekker vindt; dan krijg je het idee dat het nooit zal lukken of begin je er niet eens aan. Te grote porties werken dus ontmoedigend en demotiverend. Begin daarom met kleine porties; doe van alles wat je klaar hebt gemaakt een klein schepje op zijn bord. Daardoor is de hoeveelheid te overzien en de kans groter dat je kind het gaat proeven.
Bijkomend voordeel: Zo zorg je er ook nog eens voor dat iedereen aan tafel hetzelfde eet, alleen de hoeveelheid kan per persoon verschillen.

(5) Realistische verwachtingen
Als je pas begint met een nieuwe aanpak op het gebied van leren eten, mag je helaas niet verwachten dat je kind meteen een stuk beter gaat eten. Verwacht dus in het begin geen wonderen. Je moeilijk-etende kind zal echt niet ineens alles gaan eten. Leren eten is echt een leerproces en gaat met vallen en opstaan. Wanneer je vasthoudt aan deze basistips, een duidelijke opvoedaanpak hanteert en die ook nog eens lang genoeg en consequent volhoudt, dan gaat het ook jou lukken om je kind te leren gezond, gevarieerd en genoeg te eten.

————————-
Volg me nu ook op Facebook en/of Instagram voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie.
————————-

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Houd het dan wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Dankjewel alvast voor je reactie!

Wil je graag meer tips over leren eten en positief opvoeden?
Kom dan eens naar een lezing of workshop, die ik over dit thema houd. Klik hier om te zien wanneer de volgende thema-avond gepland staat en/of stuur een e-mail naar info@aksecoaching.nl om er een samen met mij te organiseren.

Het is natuurlijk ook mogelijk om ‘op maat’ adviezen te krijgen in een gesprek één-op-één; we plannen dan samen een intakegesprek (dat kan o.a. bij mij op kantoor of via beeldbellen).

Ik hoop van harte dat je op basis van deze tips op een leuke manier aan de slag kunt met jouw manier van opvoeden én dat samen aan tafel eten gezelliger zal verlopen. Ik wens jullie vele mooie maaltijden samen!

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl
© 2022. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

————————-
Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’. Je leest er hier meer over.
————————-

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.

Referenties behorend bij dit artikel:
– Hartstichting (website).
– Richtlijn Voeding en eetgedrag (2017). Nederlands Centrum Jeugdgezondheidszorg. (website).

Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle OpvoedTips:
– ‘Mijn kind kan maar niet aan tafel blijven zitten.’ | In 9 stappen naar meer rust aan tafel.
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter naar je te laten luisteren
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter te laten eten (incl. praktische tips).
– ‘10 basistips om je baby, kind of tiener lekker te laten slapen.
Wat doet een opvoedcoach eigenlijk? | Joyce Akse vertelt.
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.

© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.

Ga (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Van peuter naar kleuter: Klaar voor groep 1.

Het gaat nu toch echt gebeuren: je kind gaat bijna naar groep 1. Nu is je kind nog een peuter, maar over niet al te lange tijd is je kind toch echt een kleuter. Wat een stap. Wat een mijlpaal.

Hoewel kinderen officieel pas vanaf 5 jaar leerplichtig zijn, starten de meeste kinderen al in groep 1 als ze 4 jaar zijn. Voor je kind is het heel fijn om – voordat het naar groep 1 gaat – een beetje voorbereid te zijn. Met een goede voorbereiding weet je kind wat er allemaal gaat gebeuren en krijg jij langzaam maar zeker het gevoel dat je kindje het wel gaat redden op school.

LET OP: Zit je kind al in groep 2 of hoger? Lees dan m’n artikel ‘Back to school: Dit mag je niet vergeten bij de start van het nieuwe schooljaar!’. Gaat je kind binnenkort naar de brugklas? Lees dan m’n artikel ‘Help, mijn kind gaat naar de brugklas! | Hoe je de overgang van basisschool naar brugklas makkelijker maakt.’.

Die voorbereiding zit ‘m trouwens niet in schoolse vaardigheden. Je kind hoeft als startende kleuter nl. echt nog niet te kunnen lezen of schrijven; het hoeft in principe zelfs nog helemaal geen letters of cijfers te herkennen. Dat komt allemaal wel en daar gaan ze in groep 1 en 2 spelenderwijs aandacht aan besteden. Dus is je kindje bijna 4 jaar en is het daar nu nog niet zo mee bezig? Geen probleem! Dat komt wel. Daar gaan ze in de kleutergroepen stap voor stap mee aan de slag. 

Toch is het natuurlijk fijn als je kind wel een aantal andere dingen zelf kan. Op de basisschool wordt namelijk toch net wat meer zelfstandigheid van je kind verwacht dan bij een peuterspeelzaal of kinderopvang. Realiseer je dat de leerkracht zo’n 20-30 leerlingen heeft en niet bij iedere handeling (bijv. jas aan / uit, gymschoenen aan / uit, schoenveters strikken, naar de wc gaan etc.) alle kinderen individueel kan helpen. Je vindt hieronder een aantal vaardigheden waarvan ik je met klem wil aanraden om die vooraf thuis met je kind te gaan oefenen, zodat je kind die – op het moment dat het naar groep 1 gaat – goed zelf kan doen. 

O ja, en een stukje verderop in dit artikel vind je nog meer handige tips, die je als ouder moet weten, wanneer je kindje naar groep 1 gaat én hoe je je kindje goed kunt voorbereiden.  

Dit zijn vaardigheden, waarvan het heel handig is wanneer je (bijna) kleuter die vóór groep 1 onder de knie heeft: 

(1) Wennen aan de basisschool.
Het is fijn voor je kind om vooraf aan de eerste echte schooldag te weten waar het precies naar toe gaat. Je kunt vooraf aan die ‘grote dag’ al eens vaker naar de school toe lopen of fietsen of misschien zelfs binnen in school of in de klas een kijkje gaan nemen. Vaak vinden leerkrachten dat juist fijn, zodat je kind langzaam maar zeker vertrouwd raakt met de nieuwe plek. Dat maakt (o.a.) het afscheid nemen aan het begin van de dag ook weer wat makkelijker.

Vaak organiseren scholen wen- / oefendagen voor de nieuwe leerlingen in groep 1. Je kind kan dan een aantal dag(del)en meelopen om zo een indruk te krijgen van wat er allemaal gebeurt op school. Je kind ziet dan ook al eens kennismaken met alle nieuwe klasgenootjes.

(2) Overdag zindelijk zijn.
Als je kind naar groep 1 gaat, is het belangrijk dat je kind overdag zindelijk is voor plassen en poepen. De leerkracht van je kind kan nl. niet je kind helpen als het op de wc zit en kan ook geen luier verschonen (m.u.v. bijzondere situaties of noodgevallen). De leerkracht staat namelijk in de groep en heeft nog zo’n 20-30 andere leerlingen om op dat moment naar om te kijken. Daarbij is het natuurlijk ook goed, wanneer je kind zelf zijn billen kan afvegen. 
Je kind hoeft op deze leeftijd trouwens nog niet perse ’s nachts zindelijk te zijn. Dat komt wel, als je kind wat ouder is. 

TIP: Is je (aanstaande) kleuter nu nog niet zindelijk? Kijk dan eens of m’n cursus ‘Tijd voor Zindelijkheid’ iets voor je is; of spreek een intakegesprek met me af, zodat ik jullie persoonlijk kan helpen.  

(3) Zelf aankleden.
Een groot deel van het schooljaar zal je kind een jas aan hebben. Het is handig als je kind die zelf open & dicht en aan & uit kan doen, zodat de leerkracht daar niet aan te pas hoeft te komen. Oefen thuis dat je kind zijn jas zelf kan aan- en uitdoen, met een rits en/of knoopjes en dat je kind zijn jas zelf kan ophangen aan het haakje.

Vanaf groep 1 gaan de leerlingen ook gymmen, net als de oudere klassen. Het is handig als je kind dan zijn eigen schoenen én zijn gymschoenen uit & aan kan doen. Wellicht is het de bedoeling dat je kind gymkleren mee neemt, maar vaak is het al genoeg als je kind zijn trui of shirt kan uittrekken en in zijn onderhemd kan gymmen. Ook het uit- en aantrekken van een shirt of trui is dus goed om thuis te oefenen, zodat je kind dat op school helemaal zelf kan doen.

Heeft je kind veterschoenen? Dan is het goed om je kind te leren om zelf zijn veters te strikken. Dit is best lastig en tijdrovend voor jonge kinderen. Merk je dat je kind dat nog niet in de vingers heeft? Koop dan schoenen met klittenband (of ga het alsnog goed met je kind oefenen).

O ja, en dan heb je nog de zg. ‘bananenvoeten’, die je bij kleuters vaker voorbij ziet komen. 😉 Dan zit de schoen aan de verkeerde voet en meestal loopt dat toch net iets minder prettig. Om je kind hier een handje bij te helpen, kies je een grotere sticker uit, die je doormidden knipt. De ene helft plak je in de ene schoen (tegen de rand van schoen, op de plek waar de hak komt) en de andere helft in de andere schoen. Als je kind de schoenen aantrekt, hoeft hij nu alleen nog maar de sticker op de goede manier tegen elkaar aan te leggen. Zo ziet je kind heel duidelijk wat zijn linker- en rechterschoen is en is de kans groter dat de juiste schoen aan de juiste voet terecht komt.

————————————————-
Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat moeite heeft met luisteren, slapen, eten of zindelijk worden?
Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord op wil?
Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.
————————————————-

(4) Zelf eten.
In de klas zijn er 2 pauzes: één pauze om het fruit te eten en één pauze om de boterhammen te eten. Allereerst is het goed als je je kind leert hoe hij zelf zijn beker én zijn boterhammentrommel open (en goed dicht) kan maken. Vooral het sluiten van de drinkbeker kan wel eens problematisch zijn; zeker als je kind niet alles in één keer opdrinkt en nog een beetje in de beker laat zitten. Als de beker dan niet goed dicht is, heb je lekkage en zijn alle spullen nat.

Soms kan het nog best lastig zijn om fruit open te maken of zelf op te eten. Denk maar aan een banaan, mandarijn of kiwi. Als je kind het nog niet helemaal zelf kan, maak het dan op zo’n manier klaar dat je kind het wél zelf kan. Of geef je kind fruit mee dat het wel goed zelf kan openen en eten.

(5) Duidelijk communiceren & Samen spelen.
Als kinderen pas beginnen in groep 1 dan beginnen ze aan een heuse ontdekkingstocht. Alles en iedereen is nieuw, en alles (of heel veel) is interessant. Kinderen zijn van nature nieuwsgierig en gaan ontdekken wat er allemaal te doen is; in de klas en buiten op het schoolplein. Jonge kinderen kunnen ook nog niet zo lang hun aandacht bij één activiteit houden en fladderen / vlinderen dan van het ene naar het andere speelgoed.

Samen spelen is voor jonge kinderen, ook voor kleuters, soms nog best lastig. Op deze leeftijd gaan ze van vooral ‘naast elkaar’ spelen steeds meer naar ‘samen spelen’. Dat kan ook voor wat meer wrijving en ruzietjes zorgen. Je kent wel uitspraken als ‘ik had ‘m eerst’ of ‘je mag dat niet afpakken’. Kleuters moeten nog leren om rekening te houden met elkaar. Vaak wordt in de klas afgesproken op welke manier ze met elkaar kunnen omgaan en leren ze hoe ze in dergelijke situaties op elkaar kunnen reageren. Kinderen leren bijvoorbeeld dat ze moeten wachten op een speeltje totdat de ander ermee klaar is (en dat ze het dus niet zo maar mogen afpakken) en/of dat ze tegen een ander kindje – dat iets vervelends doet – kunnen zeggen ‘stop, hou op, ik vind het niet meer leuk’. Vaak spreekt de leerkracht ook af dat als ze er zelf niet uitkomen ze de leerkracht om hulp mogen vragen.

————————————————-
Wil je mijn nieuwste, waardevolle OpvoedTips als eerste in je mailbox ontvangen?
Klik dan hier hoe je dat – heel eenvoudig – voor elkaar krijgt.
————————————————-

(6) Heel praktisch: Schoolspullen.
In groep 1 heeft je kind nog niet zo veel verschillende spullen nodig. Bij de voorgaande punten heb je al een aantal spullen voorbij zien komen. De spullen, die je in het lijstje hieronder vindt, zijn vaak wel echt nodig.

O Schooltas
O Broodtrommel voor tussendoortje
O Broodtrommel voor lunch
O Drinkbeker
O Gymschoenen*

* Vaak zijn een gymtas en gymkleren voor kleuters nog niet nodig. De leerkracht verzamelt de gymschoenen van alle leerlingen in een grote mand of kist. Daarnaast zijn nog niet alle kinderen even handig met het aan- / uittrekken van hun kleren. Om te voorkomen dat het omkleden te lang duurt (en ze daardoor minder lang kunnen gymmen), kiezen ze er in groep 1 vaak voor om in de gewone kleren of het ondergoed te gymmen.

TIP: Zorg ervoor dat op alle losse onderdelen de naam van je kind duidelijk zichtbaar is.

————————-
Volg me nu ook op Facebook en/of Instagram voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie.
————————

(7) Aftellen naar de eerste schooldag.
Om je kind goed voor te bereiden op de eerste schooldag is het leuk om samen af te tellen naar die grote dag. Zo weet je kind nog beter wanneer het precies gaat gebeuren. Daar kun je een leuke aftelkalender voor gebruiken. Die kun je samen met je kind zelf maken of je kunt m’n aftelkalender ‘Yes, ik mag naar school!’ downloaden en uitprinten (klik op de link en scroll naar beneden). Zo’n aftelkalender geeft je kind ook weer meer duidelijkheid; hierdoor weet het beter wat het kan verwachten en krijgt het meer grip op de situatie.

(8) Stimuleer de ontwikkeling van je kind.
Ook al hoeft je kind aan het begin van groep 1 echt nog geen letters of cijfers te herkennen, het is toch fijn om je kind al enigszins te stimuleren. Op cognitief en spraak-/taalgebied kun je je kind goed stimuleren door regelmatig voor te lezen. Een ideaal moment om dat te doen, is om het voorlezen op te nemen als vast onderdeel van jullie bedritueel.
In m’n artikel ‘Ja, ik wil … voorlezen!’ geef ik je een mooi overzicht van allerlei voordelen van voorlezen.

Daarnaast kun je de grove motoriek stimuleren door je kind regelmatig buiten te laten spelen, samen naar speeltuintjes te gaan, te leren fietsen ed.
Als je kind niet zo van buitenspelen houdt en liever binnen speelt, dan kun je met de tips uit m’n artikel ‘Is het erg als kinderen niet buiten spelen?’ je kind stimuleren om meer naar buiten te gaan.

De fijne motoriek van je kind stimuleer je (o.a.) door je kind te laten tekenen, kleuren, kleien ed. Ook dat hoeft nog niet aan hoge eisen te voldoen, maar het is al fijn als je kind weet hoe het een potlood of pen kan vasthouden.
Vind je kind het lastig om te bedenken wat het (binnen) allemaal kan doen? Bekijk dan m’n video ‘Verveelt jouw kind zich wel eens?’, waarin ik je uitleg hoe je een AntiVerveelPot maakt en de verveling van je kind tegen kunt gaan.

(9) Naar school brengen.
En dan is het moment van de eerste schooldag eindelijk aangebroken: je kind gaat vandaag echt naar school. Soms is dat voor de ouder nog spannender dan voor het kind zelf (zeker als je je kind goed voorbereid hebt). Het is voor je kind het fijnste om het naar school brengen en het afscheid nemen steeds op (nagenoeg) dezelfde manier en met dezelfde stappen aan te pakken. Zo wordt die situatie voorspelbaar voor je kind, weet je kind beter waar het aan toe is en krijgt het grip op de situatie; dat zorgt allemaal voor een groter gevoel van veiligheid en vertrouwen.
Hoe je het naar school brengen én het afscheid nemen op een positieve manier aanpakt, lees je in m’n artikel ‘Help, mama gaat weg…!?’.

TIP: Maak een foto van je kind op zijn/haar eerste schooldag. Echt een mijlpaal om vast te leggen!

(10) Extra moe…?
Nu je kind naar school gaat, kan het na de schooldag thuis extra moe zijn. Het is ook niet niks om alle nieuwe dingen van de dag te verwerken. De eerste weken op school en in de nieuwe klas zijn dan ook echt vermoeiend. Soms zie je zelfs dat kleuters weer tijdelijk behoefte hebben aan hun middagdutje. Dat is helemaal niet erg. Juist tijdens het slapen verwerken ze wat ze allemaal hebben meegemaakt en kunnen ze goed bijtanken. Zorg ervoor dat het middagdutje niet te lang duurt, maar geef je kind wel de mogelijkheid om ’s middags even uit te rusten en bij te komen van de intensieve dag. Door de vermoeidheid merk je dat kinderen in deze periode ook meer prikkelbaar zijn, wat meer last kunnen krijgen van driftbuien, sneller boos of gefrustreerd zijn of eerder huilen. Ook dat hoort er voor nu even bij en gaat na een tijdje – als je kind goed gewend is op school -echt wel weer over.
Wil je weten hoe je op een positieve manier om kunt gaan met driftbuien van je kind? Lees dan m’n artikel ‘Mijn kind heeft vaker driftbuien! Wat nu?’ | Minder driftbuien in slechts 5 stappen.’.


Tot zover mijn tips voor hoe je jouw aanstaande kleuter kunt voorbereiden op een fijne eerste schooldag. Ik hoop van harte dat je ermee aan de slag gaat en je je kind op een goede manier kunt begeleiden.


Wil je meer weten over een goede voorbereiding om na de vakantie terug naar school te gaan voor je kind dat al op school zit? Lees dan m’n artikel ‘Back to school: Dit mag je niet vergeten bij de start van het nieuwe schooljaar!’.

Heeft jouw kind groep 8 (basisschool) afgerond en gaat het komend jaar naar de brugklas?
Lees dan m’n artikel ‘Help, mijn kind gaat naar de brugklas! | Hoe je de overgang van basisschool naar brugklas makkelijker maakt.’ met handige tips voor jouw aanstaande brugklasser.

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Houd het dan wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Dankjewel alvast voor je reactie!


Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’. Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_c




Heb je vragen over één van deze thema’s, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?

Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2021. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.





Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle OpvoedTips:
Hoe overleef je de laatste weken vóór de zomervakantie? [ met 9 thema’s, 9 praktische tips en 1 planner ]
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter naar je te laten luisteren
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter te laten eten (incl. praktische tips).
– ‘10 basistips om je baby, kind of tiener lekker te laten slapen.
Wat doet een opvoedcoach eigenlijk? | Joyce Akse vertelt.
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.



© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.



Ga (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

logo_akse_coaching_groot_nieuw

Als je kind het lastig vindt om onenigheid op te lossen… [Sociale ontwikkeling]

Komt jouw kind ook wel eens thuis met verhalen over andere kinderen, die vervelend deden? Bijv. dat jouw kind niet mee mocht spelen in de pauze op school, dat je kind zo maar werd geduwd, dat iemand iets vervelends tegen hem zei, dat iemand iets van hem had afgepakt of stuk gemaakt? Je kind zal er waarschijnlijk verdrietig, boos, gefrustreerd of teleurgesteld over zijn. Dat kun je je ook goed voorstellen, want dit zijn nou eenmaal geen leuke situaties…

Voor ons als ouders kan het natuurlijk heel vervelend zijn om deze verhalen te horen. Misschien herken je wel dat jou het gevoel bekruipt: ‘het lijkt wel alsof mijn kind geen vriendjes heeft’, ‘mijn kind heeft het helemaal niet leuk op school’ of ‘mijn kind wordt toch niet gepest?’. Waarschijnlijk vraag je je ook wel eens af waar dat toch aan kan liggen: ‘er is toch niks mis met mijn kind?’, ‘waarom zijn die andere kinderen toch zo vervelend?’, ‘waarom doet de leerkracht hier niks aan?’ en ‘wat kan ik doen om m’n kind hier bij te helpen?’.

Welke oorzaak er ook ten grondslag ligt aan deze vervelende situaties, het is altijd goed om je kind te leren hoe hij zélf op een fijne manier met andere kinderen om kan gaan en hoe hij op anderen kan reageren zonder dat dat resulteert in onenigheid, ruzie of andere vervelende situaties. Daar wil ik je in dit artikel graag meer informatie en praktische tips over geven. Als ouder kun je je kind namelijk goed begeleiden om deze ‘sociale problemen’ op te lossen.

=> In dit artikel vind je dan ook 9 waardevolle tips om je kind op een positieve manier met lastige sociale situaties te leren omgaan.

(1) Praat met je kind over zijn (school)dag.
Om te weten waar je kind op school of in zijn omgang met vriend(inn)en tegen aan loopt, is het goed om regelmatig met je kind te praten. Daar kun je het beste een vast moment op de dag voor kiezen, bijv. als je kind uit school komt, tijdens het avondeten of vlak voor het slapengaan. Vraag dan naar hoe zijn dag was, of hij nog iets nieuws geleerd heeft, met wie hij gespeeld heeft enz.

Sommige (vaak de wat oudere) kinderen vinden het niet prettig om samen over lastige onderwerpen praten; dan kan het goed werken om het tijdens een activiteit (zoals de afwas of een autoritje) te bespreken. Uiteraard hoeft dit specifieke thema niet dagelijks aan bod te komen; los daarvan is het goed om regelmatig met je kind over van alles en nog wat te praten.

Uiteraard vertellen niet alle kinderen even gemakkelijk over wat ze op een dag meemaken. Het ene kind is een echte prater en vertelt uit zichzelf al honderduit; het andere kind luistert liever naar anderen en/of vertelt niet graag over zijn eigen belevenissen. Ook kan het voor jou als ouder nog best lastig zijn om de juiste vragen te stellen. In het geval jij het zelf lastig vindt om dit thema aan te snijden of indien je merkt dat je kind het lastig vindt om erover te praten, maak dan gebruik van deze Kletskaartjes. Dan heb je een mooie, luchtige ingang voor jullie gesprek en zul je langzaam maar zeker steeds meer horen over hoe je kind het op school vergaat.

(2) Spreek af wat je kind wel en niet mag doen tijdens het spelen met andere kinderen.
Het is belangrijk dat kinderen weten wat ze wel en niet mogen; niet alleen in het algemeen, maar ook in de omgang met andere kinderen. Dat lijkt een open deur, maar vaak gaan we er zomaar van uit dat kinderen dat wel zullen weten. En dat is helaas niet altijd waar. Ook ‘samen spelen’ is iets dat kinderen gewoonweg moeten leren.

Wat je kind wél mag doen, is dat het altijd mag zeggen wat het wil. Dat doe je niet op een boze, bazige of schreeuwende manier, maar wel op een rustige, aardige manier. Zelfs als je het niet eens bent met een ander, kun je dat gewoon rustig tegen de ander zeggen. Je kunt dus altijd met de ander praten, overleggen en proberen om (samen) een oplossing te bedenken, om een compromis te sluiten (lees ook de tips hieronder). Als je kind er samen niet uitkomt, is het goed om een volwassene (bijv. vader, moeder, leerkracht, oppas) erbij te vragen om te helpen.

Wat je kind niet mag doen, is een ander pijn doen (bijv. door te slaan, schoppen, bijten, knijpen of schelden); ook niet als je het niet met elkaar eens wordt, als je boos bent op de ander of als je vindt dat de ander vervelend tegen jou doet. Merk je dat je het lastig vindt om rustig te blijven, vraag er ook dan een volwassene bij.
Wil je meer weten over hoe je je kind leert om om te gaan met zijn boosheid? Klik dan hier.

————————————————-
Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat niet goed luistert, slaapt of eet?
Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?
Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.
————————————————-

(3) Leer je kind om een ‘ik boodschap’ te geven.
Leer je kind dat het fijn is om zg. ‘ik boodschappen’ te geven. Met behulp van ik boodschappen kun je heel goed je mening geven of laten weten dat je het ergens niet mee eens bent, maar dan zonder dat je jezelf gaat verdedigen of zonder de ander (verbaal) aan te vallen. Kijk maar eens naar de volgende twee voorbeelden.

Voorbeeld 1:
Iemand zegt iets tegen je, dat je niet fijn vindt. Je kunt dan in de verdediging schieten of de aanval inzetten door te vragen ‘waarom zeg je dat nou?’ of ‘wat bedoel je daar precies mee?’, maar een fijnere manier is om te reageren met ‘Ik vind het niet fijn dat je dat tegen me zegt’. Met deze reactie geef je duidelijk een grens aan over wat de ander wel / niet tegen je mag zeggen.

Voorbeeld 2:
Eén van de klasgenoten bepaalt regelmatig wat er gedaan wordt, bijv. bij het buiten spelen. Ze zegt ‘kom, we gaan verstoppertje spelen’. Als jouw kind geen zin heeft om verstoppertje te spelen of het niet fijn vindt dat de ander steeds bepaalt, dan is het beter om niet te reageren met ‘waarom moet ik altijd doen wat jij wil?’ of ‘waarom doe je nou nooit eens wat ik voorstel?’, maar wel met ‘ik wil graag gaan voetballen. Kom je mee?’. (en dat vervolgens ook gaan doen, onafhankelijk van of de ander wel / niet meekomt).

Kortom, door te werken met ‘ik boodschappen’ voorkom je dat je in de verdediging schiet of in de (tegen)aanval gaat. Als je je boodschap bij jezelf houdt door ‘ik’ te zeggen, komt je boodschap fijner over en zal de ander positiever op je reageren.

(4) Leg uit hoe ‘samen spelen’ werkt.
Voor jonge kinderen is het soms nog best lastig om ‘samen te spelen’ en om ‘samen te delen’. Als ouders zeggen we wel vaker ‘samen spelen, samen delen’ op het moment dat het tussen twee kinderen even niet zo lekker loopt (bijv. speelgoed afpakken). Voor (jonge) kinderen is meestal niet helemaal duidelijk wat dat zinnetje precies betekent óf hoe ze dat in praktijk moeten brengen. Vaak weten ze wel wat ‘spelen’ betekent, maar wat is ‘delen’ precies of wat betekent ‘samen’…? Samen spelen is dan ook echt weer een aparte vaardigheid, die je kind kan leren.
Voor meer uitleg hierover verwijs ik je graag naar m’n artikel ‘Samen spelen, samen delen? 5 tips om je kind te leren om met andere kinderen samen te spelen.‘.

De meeste oudere kinderen hebben vaak al wel geleerd dat ze niet zo maar iets kunnen afpakken waar een ander mee bezig is. Ze weten dat ze het kunnen vragen of dat ze zelf even moeten wachten totdat de ander ermee klaar is. En als iemand anders iets bij hen afpakt, weten ze waarschijnlijk ook al hoe ze duidelijk kunnen maken dat de ander nog niet aan de beurt is en nog even zal moeten wachten.

(5) Leer je kind om zijn grenzen aan te geven.
Bij punt 3 over het geven van ‘ik boodschappen’ gaf ik al aan dat dat een fijne, duidelijke manier is om je eigen grenzen aan te geven. Als je op tijd aangeeft dat je iets niet fijn vindt of dat je het ergens niet mee eens bent, dan ben je ook nog niet zo boos of gefrustreerd. Leer je kind dat het belangrijk is om niet te lang te wachten met zeggen wat je vindt, wil of voelt.

Voor jonge kinderen, die verbaal nog niet zo sterk zijn, is het handig om te leren om dan ‘stop, hou op, ik vind het niet meer leuk.’ te zeggen, evt. aangevuld met het omhoog houden van een hand. Zo maakt je kind niet alleen verbaal, maar ook visueel duidelijk dat een grens bereikt is.

Door te praten en uit te leggen wat je wel / niet wil, kan de ander beter rekening met je houden. En als jij duidelijk zegt wat jij wil, kan de ander ook duidelijk aangeven wat hij/zij wil. Zo komt er makkelijker een overleg tot stand.

Wederom: komen de kinderen er onderling nog niet helemaal (of echt niet) uit, dan is het belangrijk om een volwassene in te schakelen. Liefst dus nádat de kinderen zelf geprobeerd hebben om er samen uit te komen, maar nog vóórdat de gemoederen te hoog zijn opgelopen.

————————————————-
Wil je mijn nieuwste, waardevolle OpvoedTips als eerste in je mailbox ontvangen?
Klik dan hier hoe je dat – heel eenvoudig – voor elkaar krijgt.
————————————————-

(6) Probeer een probleem eerst samen op te lossen.
Als je een probleem hebt met iemand anders, dan is het goed om samen een oplossing voor dat probleem te bedenken. Voor kinderen kan dat nog best lastig zijn. Ze houden graag vast aan hun eigen idee en moeten nog leren om rekening te houden met de ander en/of om zich te verplaatsen in het perspectief van de ander (het ene kind kan dat natuurlijk al beter dan het andere).

Ook hierbij kun je je kind thuis helpen: als je van je kind hoort dat er een vervelende situatie op school, bij een training / repetitie of tijdens het spelen was, vraag dan wat er precies gebeurde én hoe je kind erop reageerde. Als je kind dat heeft uitgelegd, vraag je hoe hij het evt. op een andere manier had kunnen reageren. De reactie die hij heeft gegeven of de manier waarop het nu opgelost is, is nl. één reactie of één manier, maar er zijn altijd meerdere reacties / oplossingen mogelijk. Probeer je kind een of meerdere andere oplossingen te laten bedenken.

Denk maar eens aan oplossingen als:
– Om de beurt: Je doet eerst wat de ander voorstelde, daarna wat jij voorstelde (of andersom).
– Compromis: Je bedenkt een compromisvorm van wat jullie allebei leuk vinden. Bijv. als de één verstoppertje wil spelen in de gymzaal, maar de ander wil het liefst buiten spelen, dan kan het compromis zijn dat de kinderen buiten verstoppertje gaan spelen.
– Change of plans: je bedenkt iets heel anders, iets wat jullie wel allebei ook leuk vinden om te doen, maar dat totaal iets anders is dan wat jullie in eerste instantie hadden bedacht.
– Betrek iemand anders erbij: je vraagt een derde persoon (bijv. klasgenoot, broer / zus, ouder, leerkracht) om met jullie mee te denken. Leg het probleem aan de ander voor en vraag hoe die ander het zou oplossen.

Sommige oplossingen, die je kind bedenkt, zullen handig zijn, andere niet (of werken misschien zelfs averechts). Geef in ieder geval nog geen oordeel over de alternatieven die je kind geeft. Nadat je kind een aantal alternatieven heeft bedacht, kun je vragen hoe je kind de volgende keer zou reageren. Wellicht kiest hij dan een alternatief waardoor de situatie (nóg) beter of positiever uitpakte. Kiest je kind een manier, waardoor de situatie verder zou escaleren, dan is het uiteraard handig om die mogelijke gevolgen met je kind te bespreken (en hem vervolgens een andere optie te laten kiezen).

Met deze aanpak leer je je kind om te reflecteren op lastige situaties en om in oplossingen te denken.

(7) Leer je kind om anders naar het gedrag van anderen te kijken.
De reactie van je kind op het gedrag van een ander is afhankelijk van hoe je kind naar dat gedrag kijkt. Als je namelijk met een negatieve bril naar het gedrag van anderen kijkt, dan ga je sneller in de verdediging en dan zul je ook sneller negatief op de ander reageren, terwijl jouw negatieve interpretatie helemaal niet juist hoeft te zijn.

Bijvoorbeeld: Je kind wordt geduwd.
Laten we eens naar 3 mogelijke interpretaties van dit gedrag kijken. Je kind zou de duw op één van de volgende manieren kunnen interpreteren:
(1) ‘Oei, ik liep in de weg, waardoor de ander tegen me aan liep.’
(2) ‘De ander verloor even zijn evenwicht en kwam daardoor tegen me aan.’
(3) ‘De ander duwde me expres, gewoon om me te klieren.’

Realiseer je dat het gedrag (= de duw) bij alledrie exact hetzelfde is gebleven; daar is dus niks aan veranderd. Het enige dat veranderde, was de manier waarop je het gedrag interpreteerde. Aan de hand van dit voorbeeld kun je je goed voorstellen dat je met interpretatie 1 en 2 rustiger en positiever op de duw van de ander zult reageren dan met interpretatie 3.

Ook op dit gebied kun je je kind thuis goed helpen en ondersteunen. Als je kind jou over een vervelende situatie vertelt, is het belangrijk om samen met je kind alternatieve interpretaties te bedenken. In het voorbeeld van de duw kun je je kind vragen welke redenen de ander nog meer gehad kan hebben om te duwen. (Dit kun je ook toepassen in andere situaties, bijv. wanneer een ander kind een ‘vreemde’ opmerking heeft gemaakt of een ‘vreemd’ gezicht naar je kind heeft getrokken.) Hoe vaker je kind merkt dat zijn eerste (negatieve) reactie niet perse juist hoeft te zijn en dat er ook nog andere verklaringen mogelijk zijn, zal ervoor zorgen dat je kind in het vervolg steeds meer geneigd is om eerst na te denken over mogelijke interpretaties en pas daarna een reactie zal geven.

Kortom, ook bij lastige sociale situaties geldt: ‘Eerst denken, dan doen.’

(8) Laat je kind veel oefenen, zeker als je kind het moeilijk vindt.
Als je merkt dat je kind het lastig vindt om op een fijne manier met andere kinderen om te gaan en om sociale situaties op een positieve, handige manier op te lossen, blijf dan thuis regelmatig oefenen zodat je kind er langzaam maar zeker beter in wordt. Ik ben er nl. van overtuigd dat iedereen dit kan leren. Het is misschien niet voor iedereen even makkelijk, maar uiteindelijk zal het wel gaan lukken. Door deze situaties echter te gaan vermijden, dus om je kind niet meer te laten afspreken of niet meer naar een clubje te laten gaan, krijgt je kind juist minder kansen om te oefenen. En dat komt zijn sociale vaardigheden helaas niet ten goede…

Kortom: geef je kind de kans om vaak te oefenen. Niet alleen op school, maar ook op andere plekken, bijvoorbeeld bij een sportclub, muziekvereniging of met kinderen uit de buurt. Laat je kind dus regelmatig in contact komen met andere kinderen.

Vind je kind het lastig om klasgenootjes te vragen of om bij andere kinderen thuis te gaan spelen? Neem dan eerst zelf contact op met de ouders en probeer – zeker in het begin – de afspraken voor je kind te maken. Als je kind een beetje doorheeft hoe het werkt, dan zal je kind dat ook steeds meer zelf gaan oppakken.

————————-

Volg me nu ook op Facebook en/of Instagram voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie.

————————

(9) Lees samen boeken over sociale situaties, vriendschap en ruzie maken.
Er is niks – nou ja, weinig dan… 😉 – zo fijn als samen met je kind een boek te lezen. Veel ouders lezen hun jonge kind al voor en dat kan ik alleen maar van harte stimuleren. Ook voor oudere kinderen is het belangrijk om te blijven (voor)lezen. Misschien niet op de klassieke ‘voorleesmanier’ (= ik lees en jij luistert), maar je kunt wel om de beurt een regel of alinea lezen. Voor kinderen blijft het een fijn moment om samen met papa of mama één-op-één tijd door te brengen en daar is lezen ideaal voor.

Als je merkt dat je kind op bepaalde gebieden problemen heeft, dan kan het fijn zijn om juist over dat thema boeken te lezen. Ook over vriendschap en uiteenlopende sociale situaties zijn tal van boeken geschreven.

Ik heb er hier een aantal voor je op een rijtje gezet:
– Jip en Janneke (Annie M.G. Schmidt)
– Zullen we vriendjes zijn? (Sam McBratney)
– Kikker is mijn vriendje (Max Velthuijs)
– Niet slaan, Anna! (Kathlen Amant)
– Woezel & Pip: ‘Stop, hou op’ (Dromenjager)
– Serie ‘Superjuffie’ (Janneke Schotveld)
– Schoolseries als ‘Dagboek van een Muts’ (R.R. Russell) of ‘Leven van een Loser’ (Jeff Kinney)
– Vriendschap is alles (Stine Jensen)

Dit rijtje is slechts een héél klein topje van de ijsberg. In de bibliotheek zijn er nog legio andere mogelijkheden, alleen al over het thema vriendschap, sociale situaties of samen spelen. Ga naar de (website van de) bibliotheek en zoek daar het boek uit dat het beste bij jouw kind en zijn leeftijd / ontwikkelingsniveau past. Ik wens jullie alvast veel (samen)leesplezier!
Lees ook m’n artikel ‘Ja, ik wil … voorlezen!’ over waarom (samen) voorlezen de ontwikkeling van je kind stimuleert.

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Houd het dan wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Dankjewel alvast voor je reactie!


Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’. Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_c




Heb je vragen over één van deze thema’s, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?

Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2021. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.



Voor dit artikel gebruikte Joyce de volgende literatuur en websites:
– Matthys & Boersma. (2017). Gedragsproblemen bij kinderen: Wegwijzer voor ouders van kinderen met brutaal, boos of agressief gedrag. Uitgeverij Hogrefe: Amsterdam.
– Poster: Sociale vaardigheden 6 – 12 jaar. Apetrotse kinderen. Klik hier.
– Sociale vaardigheden aanleren aan je kinderen. Apetrotse kinderen. Klik hier.


Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle OpvoedTips:
– ‘Hoe je kind zijn emoties de baas wordt.‘ [ Emotionele ontwikkeling ].
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter naar je te laten luisteren
– ‘Omgaan met stress | 5 praktische tips om je stressgevoel aan te pakken.
– ‘Als je kind teleurgesteld is… | 5 stappen om je kind te leren met teleurstellingen om te gaan.
– ‘Ik mag hier ook nooit iets! | Hoe je je kind of tiener steeds wat meer vrijheid geeft.
– ‘Mijn kind is vaker bang. Heeft het nu een angststoornis?’ Interview met angstexpert dr. Ellin Simon.
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.



© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.



Ga (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

logo_akse_coaching_groot_nieuw

10 basistips om je kind of tiener beter naar je te laten luisteren

Alle kinderen luisteren wel eens niet naar hun ouders. Dat hoort erbij. Er kunnen allerlei redenen zijn waarom je kind niet naar je luistert. Je kind is bijvoorbeeld zo druk aan het spelen, zit helemaal in een game of gaat zo op in zijn boek dat hij je echt niet hoort. Hij heeft dan helemaal niet door dat je tegen hem praat. En dat is ook heel begrijpelijk. Sterker nog, het is eigenlijk helemaal niet zo erg, want je kunt je goed voorstellen dat je kind in zo’n situatie niet naar je luistert. Je kind doet het niet expres.

Het wordt pas vervelend als je het idee hebt dat je kind wél expres niet naar je luistert of als het niet luisteren te vaak gebeurt. Dan kan de frustratie bij jou als ouder langzaam maar zeker gaan oplopen. Uiteraard zou je heel graag zien dat je kind wél naar je luistert, zonder dat jij eerst gefrustreerd raakt, zonder dat jij je stem moet gaan verheffen of zonder dat jij moet gaan dreigen met allerlei consequenties of straffen. En dat kan!

⇒ In dit artikel geef ik je 10 basistips, die er samen voor gaan zorgen dat je kind beter naar je luistert. Het zijn misschien niet altijd de meest voordehand liggende tips, maar m.i. horen ze er wel allemaal bij. Hier komen ze:

1. Zorg voor duidelijke afspraken in huis. Family Sitting On Sofa In Lounge Next To Open Fire Eating Pizza
Duidelijkheid is een ontzettend belangrijk onderdeel van opvoeden. Kinderen vinden dat zo fijn. Uiteraard vinden ze dat niet bewust fijn, maar we weten uit onderzoek dat ze er wel bij varen als ze weten waar ze aan toe zijn. (Net als volwassenen eigenlijk.)

Zorg dat je vooral afspraken maakt over thema’s, die je zelf enorm belangrijk vindt. Dus als je kind zich er niet aan zou houden, dan gaan je haren recht overeind staan. Denk maar aan afspraken als ‘we doen elkaar geen pijn’ of ‘als we het ergens niet mee eens zijn, dan zeggen we dat op een rustige manier’ (we gaan dus niet schreeuwen, slaan ed.).

En als je een afspraak met je kind hebt gemaakt, dan is het natuurlijk belangrijk dat je je  kind eraan houdt. Dus denk goed na waar je precies afspraken over maakt. Vanaf het moment dat je de afspraak hebt gemaakt, moet je bereid zijn om je kind eraan te houden.
In dit kader helpt het principe ‘Zeg wat je doet, doe wat je zegt.’ erg goed. Als je niet bereid bent om te doen wat je zegt, dan kun je het ook beter niet zeggen of beter niet die afspraak maken.

Dit klinkt op zich natuurlijk ontzettend eenvoudig, maar in praktijk is dit vaak nog behoorlijk lastig. Neemt niet weg dat het voor je kind (en dus ook voor jou) belangrijk blijft om duidelijkheid te krijgen. Er zit alleen één addertje onder het gras: de afspraken die je met je kind maakt, gelden voor iedereen in het gezin, dus ook voor jou…

⇒ Kortom: gun je kind jouw duidelijkheid.

2. Pas consequenties toe
moeder_vinger_naar_dochter_armen_over_elkaarZoals je bij punt 1 las, is het belangrijk om je kind (en jezelf) aan de gemaakte afspraak te houden. Maar dat is nog niet alles. Als je kind zich er (herhaaldelijk) niet aan houdt, dan is het belangrijk dat je je kind een consequentie geeft. Uiteraard is het nu niet de bedoeling om je kind zo maar allerlei consequenties te geven. Een goede consequentie past bij de situatie, waarin je kind zich niet aan de afspraak hield.
Bijvoorbeeld: als je kind toch met de bal blijft spelen, terwijl je al 2x hebt gezegd dat dat binnen niet mag, dan mag je de bal best een tijdje wegnemen.

Dit voorbeeld is een consequentie die past bij de situatie en die je kind (zeker vanaf een jaar of 2) goed begrijpt. Houd de consequenties wel altijd passend, logisch, reëel en eerlijk. Het gaat echt niet om de intensiteit of duur van de straf maar om de boodschap, die je je kind wil geven. Daarbij pak je ook nooit zo maar iets weg of geef je je kind nooit zomaar ‘uit het niets’ een consequentie; je zorgt altijd voor een leermoment. Je legt je kind kort en bondig uit wat je doet én waarom.
Een consequentie als ‘zonder eten naar bed’ of een corrigerende / pedagogische tik is nooit passend, logisch of eerlijk. . 

⇒ Wees bereid om consequenties toe te passen als je kind zich niet aan jullie afspraak houdt.
Meer weten? Lees dan m’n artikel ‘Nee, niet doen, dat mag niet!’ over grenzen stellen zonder ‘nee’ of ‘niet’.


joyce_grijs_aanjou_1

Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat niet goed luistert, slaapt of eet? Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?
Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.


3. Voorkom dat je in een opvoedvalkuil trapt.
kind_winkel_kijkt_zielig_vragendIedere ouder trapt er wel eens in: een opvoedvalkuil. Je bent je er misschien niet echt bewust van, maar onbewust pak je dan een situatie onhandig aan, waardoor je kind juist niet leert om naar je te luisteren. Sterker nog, deze tactieken werken vaak averechts.

Ik geef je hieronder 3 voorbeelden:
– ‘Je wil dat je kind iets voor je doet en je vraagt het hem een paar keer. Je kind doet het echter niet. Pas op het moment dat je echt boos wordt en gaat schreeuwen, komt je kind  pas in actie.’
– Of: ‘Je geeft je kind een hele lange of juist vage instructie, waardoor het voor je kind helemaal niet duidelijk is wat je precies van hem verwacht. En jij je maar afvragen waarom je kind niet doet wat jij hem vraagt…’
– Of: ‘Jullie zijn in de winkel en je kind wil graag iets lekkers kopen. Jij geeft aan dat je dat niet wil kopen. Dan gaat je kind ineens heel hard huilen, schreeuwen en krijsen. Midden in de winkel. Gauw leg je het lekkers in het karretje. Dan houd je kind tenminste op met dat geschreeuw.’
⇒ Herken je misschien één van deze voorbeelden?

In deze voorbeelden leert je kind helaas niet om naar je te luisteren. Het leert wél om (1) pas in actie te komen op het moment dat jij boos wordt of gaat schreeuwen (dus niet als je het rustig vraagt), (2) je kind weet wel dat je iets van hem gevraagd hebt, maar begrijpt je instructie gewoon niet en kan het daardoor simpelweg niet doen, en (3) je kind leert dat hij door te gaan huilen, schreeuwen of krijsen toch krijgt wat hij wilde.

=> Kortom: voorkom dat je in deze opvoedvalkuilen trapt. Uit deze voorbeelden haal je dat (1) het belangrijk is van je kind te verwachten dat hij bij de 1e of 2e keer dat je het vraagt in actie komt (en niet pas na 10x vragen of nadat je boos bent geworden), dat (2) je een korte, duidelijke instructie geeft, die je kind kan begrijpen én uitvoeren, en dat (3) je je aan je afspraak houdt, dus als je gezegd hebt dat je kind iets niet mag of krijgt dan blijft dat zo, ongeacht het daaropvolgende gedrag of de reactie van je kind (zie ook punt 1 van dit artikel).
Je leest meer over dit thema in m’n artikel ‘Laat dat nou! | 5 opvoedvalkuilen waar we allemaal intrappen én waardoor opvoeden onbedoeld lastiger wordt.’.

TIP: Bekijk ook m’n video ‘Doe dit NIET als je wil dat je kind beter naar je luistert!’

4. Geef je kind voldoende positieve aandacht
vader_zoon_spelen_aan_zeeDit punt is eigenlijk het aller-, aller-, allerbelangrijkste in de opvoeding en mag dus absoluut niet ontbreken. Helaas gaat het nog wel eens mis, om de eenvoudige reden dat we als ouders soms bang zijn om onze kinderen te ‘verwennen’. We zijn bang om ons kind ‘te veel’ positieve aandacht te geven. Toch bestaat er niet zo iets als ‘te veel’ positieve aandacht geven. Verwennen is op deze manier dan ook echt niet mogelijk.

Stel het je als volgt voor: je kind begint iedere ochtend met een leeg rugzakje dat dagelijks met positieve aandacht gevuld moet worden. Die positieve aandacht geef je je kind o.a. door samen tijd door te brengen met je kind (ook één-op-één) en door regelmatig met je kind te spelen (sluit dan aan bij wat je kind aan het doen is). Verder is het belangrijk om je kind te laten weten wat hij goed doet en dat ook op dát moment specifiek en expliciet te benoemen.

=> Kortom: wees niet bang om je kind positieve aandacht te geven. Je kind heeft dat heel hard nodig.
Meer weten? Lees dan m’n artikel ‘Voorkom ongewenst gedrag: Geef je kind positieve aandacht’ over hoe je je kind voldoende positieve aandacht kunt geven. 

5. Zorg dat je kind zich gezien en gehoord voelt.
moeder_troost_zoonNog zo’n onmisbaar concept binnen (positief) opvoeden, waardoor je kind beter naar je gaat luisteren, is om er als ouder voor te zorgen dat je kind zich gezien en gehoord voelt. Het is zo belangrijk dat je kind zich door jou begrepen voelt.

Als er iets aan de hand is waardoor je kind van slag, verdrietig of misschien wel boos is, dan is het goed om te laten merken dat je graag wil weten wat er precies met je kind aan de hand is. Je gaat op zoek naar de emotie van je kind en je probeert die te benoemen: ‘ik zie dat je verdrietig / boos / teleurgesteld bent’. Je kind zal dan aangeven of dat klopt (of niet). Klopt je inschatting niet, dan zegt je kind zelf wat hoe hij zich wel voelt of – als je kind daar nog te jong voor is – dan benoem je zelf een andere emotie, die het evt. ook kan zijn. Daarna verplaats je je in je kind en benoem je dat je kunt invoelen waarom je kind zich inderdaad zo voelt.

Door deze aanpak voelt je kind zich echt gezien en gehoord. Je zult merken dat de eerst nog zo heftige reactie van je kind nu al een stuk minder is en dat je kind al veel rustiger is. Zodra dat gebeurd is, kun je het met je kind hebben over wat er wel en niet mag. Zo lang je kind nog in de heftige emotie zit, is je kind niet ontvankelijk voor jouw woorden of input.
O ja, opmerkingen als ‘stel je niet aan’, ‘waarom huil je nú alweer’ of ‘er is toch niks gebeurd’ doen nooit recht aan de emotie van je kind. Met dit soort opmerkingen wals je juist over de emoties van je kind heen en neem je zijn emoties niet serieus. 

⇒ Schenk eerst aandacht aan de emotie van je kind. Daardoor voelt je kind zich gezien en gehoord. Daarna is er ruimte om het over de situatie en zijn gedrag te hebben.
Als je meer wil lezen over dit thema, lees dan m’n artikel ‘4 manieren om je kind te helpen met lastige emoties (+ 3 BONUSTIPS)‘.


Autoritatief opvoeden
De eerste 5 tips gaan voornamelijk over ‘structuur, regelmaat en duidelijkheid’ (punten 1, 2 & 3; dimensie 1) enerzijds en over ‘warmte & betrokkenheid’ (punten 4 & 5; dimensie 2) anderzijds. Als beide dimensies in voldoende mate in de opvoeding aanwezig zijn, dan is er sprake van ‘autoritatief opvoeden’.
⇒ Uit onderzoek weten we dat kinderen, die autoritatief opgevoed worden, de grootste kans hebben om zich optimaal te ontwikkelen. Vandaar dat deze punten zo belangrijk zijn. In het belang van je kind mogen ze niet ontbreken in een positieve opvoeding.


6. Zorg dat je kind voldoende slaapt.
meisje_slaapt_met_knuffelIedere ouder heeft al wel eens ervaren dat te weinig slapen echt een flinke wissel op je kan trekken. Na een periode van slecht of weinig slapen, ben je overdag niet alleen ontzettend moe, maar kun je ook minder hebben van anderen om je heen, ben je prikkelbaarder, heb je een korter lontje, ben je sneller boos en gefrustreerd, kun je je minder goed concentreren, heb je minder energie, ben je sneller ziek en ga zo maar door. Dat geldt voor kinderen natuurlijk net zo; daarnaast hebben zij de slaap hard nodig voor hun groei en ontwikkeling. Je kunt je wel voorstellen dat kinderen, die goed en voldoende slapen, overdag beter naar hun ouders luisteren.

⇒ Kortom: een goede nachtrust en voldoende slaap zijn onmisbaar. Vandaar dat het zo belangrijk is dat je kind voldoende slaap krijgt.
Als je graag wil lezen hoe je ervoor zorgt dat je kind beter slaapt, lees dan m’n artikel ‘Lekker slapen! Praktische tips voor kinderen en hun ouders.’.


fb_cursus_help_mijn_kind_luistert_niet
Cursus ‘Help, mijn kind luistert niet!?’
Wil je graag weten hoe je ervoor zorgt dat je kind beter én sneller naar je luistert?
Op een positieve, liefdevolle en constructieve manier.

=> Dan is deze cursus precies wat je zoekt.
=> Vraag nu GRATIS Les 1 van deze cursus aan.

Lees hier wat je allemaal van deze cursus mag verwachten.


7. Zorg voor een gezonde leefstijl van je kind.
Dit is eigenlijk een zijspoortje, maar ik vind deze zo belangrijk dat ik ‘m toch in deze lijst opneem. Bij een positieve opvoeding hoort m.i. namelijk ook een gezonde leefstijl. Als je kind gezonde voeding binnenkrijgt, voldoende beweegt en veel buiten speelt, dan is de kans groot dat je kind lekker(der) in zijn vel zit en op een fijne manier door het leven gaat. Kinderen, die lekker in hun vel zitten, zijn eerder geneigd om naar hun ouders te luisteren.
In het artikel ‘Overgewicht bij kinderen: Wat is het precies en wat kun je er aan doen?‘ lees je wat het voor gevolgen voor kinderen kan hebben als ze overgewicht hebben en daardoor (vaak) niet optimaal in hun vel zitten. 

8. Samen opvoeden
man_vrouw_in_gesprekVoor partners kan het soms nog best een uitdaging zijn om qua opvoeding op één lijn te zitten. De verschillen in jullie aanpak kunnen komen doordat jullie zélf allebei een andere opvoedaanpak hebben genoten; en misschien wil je de aanpak, die je zelf  als kind kreeg, graag overnemen óf juist helemaal niet. Of jij hebt over specifieke opvoedtheorieën gelezen en wil die graag toepassen, maar je merkt dat je partner daar totaal niet achter staat.

Nou hoef je als partners echt niet altijd exact dezelfde opvoedaanpak te hanteren, maar het is voor je kind wel het fijnst als hij weet waar hij aan toe is en dat hij weet wat hij van jullie kan verwachten. Vandaar dat het fijn is als je het over een aantal basisthema’s eens kunt worden. Hoe meer jullie aanpak of ideeën uit elkaar liggen, hoe moeilijker het zal zijn om het met elkaar eens te worden. Dat lukt dus ook niet met één gesprekje. Neem daar de tijd voor en bespreek in alle eerlijkheid en openheid hoe jullie beiden over de opvoeding (en specifieke onderwerpen daarbinnen) denken en leg uit hoe dat komt. Pas als je weet waar de ideeën en redeneringen van de ander vandaan komen, kun je verder. Op die manier is de kans het grootst dat jullie over veel opvoedthema’s consensus bereiken.

⇒ Blijf in het belang van jullie kind open en eerlijk over jullie opvoedaanpak communiceren.
Lees meer over dit thema in m’n artikel ‘Ruzie over de opvoeding: Zo los je het op!’.

9. Zorg goed voor jezelf
gezin_op_de_fietsBij punten 6 en 7 gaf ik al aan dat het voor je kind belangrijk is om een gezonde leefstijl te hebben en om voldoende te slapen. Dat geldt voor jou als ouder natuurlijk net zo goed. Ook voor jou is het namelijk belangrijk om voldoende te slapen, gezond te eten en voldoende te bewegen. Misschien ken je de uitdrukking ook wel: ‘als je goed voor jezelf zorgt, dan kun je beter voor anderen zorgen’. En misschien komt er bij jou als volwassene nog wel bij dat je de mate van (chronische) stress probeert te beperken.

⇒ Zorg er voor dat je actief aandacht besteedt aan je eigen gezondheid. Ook daarin geef je je kind een belangrijk voorbeeld. En zeg nou zelf: als jij lekker in je vel zit, kun je de opvoeding van je kind weer net een stapje beter aan. Toch…?
Lees meer over dit thema in m’n artikel ‘3 Goede Voornemens voor Ouders (of: Hoe houd je het ouderschap goed vol?)’.

10. Last but not least: Blijf zelf rustig.
kinderen_apen_ouders_in_alles_naWelke lastige opvoedsituatie zich ook voordoet, het is altijd belangrijk dat jij als ouder rustig probeert te blijven. Jij geeft je kind altijd een voorbeeld van hoe je in leuke, fijne  of juist lastige situaties kunt reageren. Uiteraard heb je liever niet dat je kind gaat schreeuwen, schelden of tieren als hij boos, verdrietig, gefrustreerd of teleurgesteld is; doe dat dan zelf ook niet. Je kind ziet jou namelijk als voorbeeld. En vergis je niet: ook al zeg je nog zo vaak tegen je kind dat het belangrijk is om rustig te blijven, als je dat zelf niet doet, heeft je uitspraak weinig waarde. Je kent de volgende uitspraak misschien wel: ‘Je kind doet zoals jij doet, niet zoals je zegt’.
Als je meer wil lezen over hoe je zelf kunt stoppen met schreeuwen en wil leren hoe je op een positieve manier met je kind kunt communiceren, vraag dan GRATIS mijn e-book ‘Stop met Schreeuwen’ aan. 

Heb je het idee dat je de meeste van deze punten al toepast in jouw opvoeding, maar heb je het idee dat het gedrag van je kind nog steeds niet goed hanteerbaar is?
Neem dan contact met me op, zodat we samen kunnen kijken waar het mis gaat, wat er anders kan en hoe je de relatie met je kind (nóg) beter maakt.

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!


tip_gezin

Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_cHeb je vragen over één van deze thema’s, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?

Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2020. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.

Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle OpvoedTips:
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter te laten eten (incl. praktische tips).
– ‘10 basistips om je baby, kind of tiener lekker te laten slapen.
– ‘Peuterpuberteit: 10 domeinen om samen met je kind te overwinnen.
– ‘10 redenen waarom baby’s huilen (en wat je dan kunt doen).
– ‘Sturing & verbinding: Waarom beide aspecten onmisbaar zijn in de opvoeding van jouw kind.
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.

© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.

logo_akse_coaching_groot_nieuwGa (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Heeft mijn kind dyslexie of niet? Wat je er als ouder of leerkracht over moet weten. [ Interview met dyslexie-expert drs. Kim Huiskamp ]

Joyce Akse maakt een serie artikelen, waarin ze experts interviewt over hun eigen onderzoek of werkveld. Het doel van deze serie is om resultaten van wetenschappelijk onderzoek te vertalen naar praktische tips voor ouders, waar ze thuis direct mee aan de slag kunnen. Deze thema’s hebben natuurlijk te maken met het ouderschap, opvoeding en/of de ontwikkeling van kinderen (0-16 jaar). 

 

jongen_schrijven_handen_in_haarZodra je kind naar school gaat, komt hij al snel in aanraking met taal. In de kleutergroepen wordt er voorzichtig aandacht aan besteed en vanaf groep 3 begint het echte werk. Bij de meeste kinderen verloopt de taalontwikkeling zonder veel problemen; bij sommige kinderen zie je echter dat het lezen en spellen moeizamer gaat. Dat komt vaak in groep 3 en 4 naar boven. Bij deze kinderen zou er sprake kunnen zijn van dyslexie.

Over het onderwerp ‘dyslexie’ interviewde ik drs. Kim Huiskamp. Zij werkt als diagnosticus en behandelaar bij het Regionaal Instituut Dyslexie (RID) in Maastricht.

In dit artikel vertelt ze uitgebreid wat dyslexie precies is (en wat niet), hoe je dyslexie bij jouw kind kunt herkennen, waarom het belangrijk is om de taalontwikkeling van je kind goed in de gaten te houden en – indien nodig – op tijd te starten met behandeling. Daarnaast vertelt ze welke mythes en vooroordelen er soms nog bestaan over dyslexie, waar dyslexie wel eens mee verward wordt en wat je als ouder kunt doen om het leesplezier van je kind te stimuleren.

Je bent expert op het gebied van dyslexie en leesvaardigheid. Hoe ben je bij dit onderwerp gekomen en wat spreekt jou er persoonlijk zo in aan? 
meisje_wil_niet_lezen‘Ik ben eigenlijk toevallig met dyslexie in aanraking gekomen. Aan het einde van mijn opleiding psychologie heeft mijn stagebegeleidster mij in contact gebracht met prof. dr. Leo Blomert, expert op het gebied van dyslexie. Hij zocht mensen om een vakgroep te vormen om het dyslexieprotocol op poten te krijgen en dat wilde ik graag doen. Op die manier kon ik dus bij toeval in zijn werkgroep aan de slag. Daardoor kwam ik ook in aanraking met wetenschappelijk onderzoek naar dyslexie. Het onderwerp trok mij erg aan, maar ik merkte dat ik liever in een klinische setting werkte dan in een wetenschappelijke. Via Leo Blomert werd ik toen voorgesteld aan Patty Gerretsen, toentertijd directeur wetenschap van het RID. Zo ben ik uiteindelijk bij het RID terechtgekomen en daar werk ik nu al 15 jaar. Wat ik zo prettig vind aan werken met mensen met dyslexie is dat je echt iets voor iemand kunt betekenen. Iedereen in onze maatschappij krijgt te maken met lezen en schrijven en als je dyslexie hebt, kun je flinke problemen ondervinden op school, op je werk of zelfs privé. Met een gerichte behandeling en concrete tools, kun je kinderen (en volwassenen) met dyslexie echt helpen hun situatie te verbeteren. Het geeft me enorm veel voldoening dat ik op deze manier iets kan betekenen voor de kinderen, die bij ons komen.’


Curriculum Vitae
kim_huiskamp_fotoDrs. Kim Huiskamp studeerde neuro– en ontwikkelingspsychologie aan de Universiteit Maastricht. Daarna werkte ze een jaar als psycholoog / onderzoeksassistent aan dezelfde universiteit. Vervolgens maakte ze de overstap naar het Regionaal Instituut Dyslexie (RID) in Maastricht. Ze werkte er een tijd als hoofd behandeling en vestigingsmanager; momenteel als diagnosticus en behandelaar.


Kun je uitleggen wat dyslexie precies is?
hersenen_kwabben‘Als je dyslexie hebt, dan heb je moeite met lezen en/of spelling. Sommige kinderen hebben alleen moeite met lezen, andere alleen met spellen en weer andere met allebei. De grootste groep van de kinderen met dyslexie heeft moeite met allebei.

In onze maatschappij maken we gebruik van het alfabetische schrift. Onze woorden zijn opgebouwd uit klanken. Als je het woord wil leren lezen en schrijven, dan zul je het woord moeten opdelen in klanken. Je gaat dan als het ware de klankstructuur van woorden ontcijferen.

In de hersenen zit een gebiedje (temporaal kwab*) dat de klankstructuur van woorden verwerkt, het helpt je met het in stukjes hakken van woorden. Dat gaat automatisch, onbewust.
*: Meer specifiek, de superieure temporale sulcus (STS) en planum temporale (PT) zijn betrokken bij de integratie van de letter-klank-koppeling. De visual word form area (VWFA) is betrokken bij directe woordherkenning.

Bij dyslexie is dat gebiedje wat minder goed toegerust om de klankinformatie te ontwarren. Die informatie loopt dan een beetje door elkaar. Je spreekt woorden misschien soms net een beetje verkeerd uit.
Bijvoorbeeld: Je hebt het dan niet over ‘doelwit’ maar over ‘doellid’.

En dat is eigenlijk nog maar het begin. Kinderen (of volwassenen) met dyslexie hebben er dus moeite mee om de klanken van elkaar te onderscheiden. De volgende stap is dat je de klanken gaat koppelen aan een letter, dus de klanken van losse letters. In groep 3 begin je daarmee: je leert welke klank bij welke letter hoort (bijv. ‘Dit is de letter ‘L’ en die klinkt zo…’).

Die letter-klank-koppeling zit weer in een ander gebiedje van die temporaal kwab. Dat gebiedje koppelt als het ware de auditieve (klank, die je hoort) en visuele informatie (letter, die je ziet) aan elkaar. Dat ‘koppelproces’ duurt eigenlijk jaren. Van groep 3 naar groep 8 maken kinderen daarin een stijgende lijn door. Die integratie duurt dus echt jaren en kan alleen optreden met onderwijs. Pas daarna wordt het een automatisch proces. Op het moment dat het automatisch is, kun je het zien van een letter niet meer als niet-letter zien. Op latere leeftijd gebeurt dat zelfs met hele woorden. Maar daar heb je dus wel training voor nodig. Een beginnende lezer kan dat nog niet met hele woorden. Daarom begin je op school eerst met het leren van de letters met bijbehorende klanken.’

Hoe ‘ontstaat’ dyslexie? 
loesje_dyslexie‘Je wordt met dyslexie geboren; het ontstaat dus eigenlijk niet echt. Het is ook erfelijk, wat betekent dat het vaker binnen families voorkomt.

Bij dyslexie zijn twee vaardigheden of processen verstoord: aan de ene kant is dat de klankverwerking (fonologische verwerking), aan de andere kant is dat de letter-klankkoppeling.

In groep 3 leren kinderen om te ‘decoderen’ oftewel om te ‘hakken & plakken’.
Bijvoorbeeld: ze leren dat het woord ‘kip’ uit 3 klanken bestaat: k – i – p.

In de hersenen gaat dat dan nog niet automatisch. De kinderen zullen er energie in moeten steken om dat goed te leren. Ze hebben op dat moment ook nog minder bronnen om het woordbeeld in hun geheugen op te slaan.

Als je het hele proces van het lezen en spellen hebt doorlopen, dan is het eindstation dat je een heel woord ziet en herkent. Je herkent het omdat het opgeslagen is in het ‘mentaal lexicon’. Hoe meer je daarin opgeslagen hebt, hoe automatischer het lezen en spellen gaat. Dat automatisme kun je trouwens ook krijgen als je dyslexie hebt. Maar omdat de basis van het aanleren lastiger is, duurt het langer om bij dat eindstation te komen.’

Hoe kunnen ouders dyslexie bij hun kind herkennen? 
jongen_in_klas_juffrouw_geen_zin‘Je kunt dyslexie eigenlijk pas echt herkennen vanaf dat je kind een tijdje in groep 3 zit, dus als je kind echt onderwijs krijgt op het gebied van lezen en schrijven. Bij kleuters zie je ook al wel eens dat ze moeite hebben met klankverwerking. Ze hebben dan bijv. moeite met het leren / benoemen van de kleuren, met links en rechts, ze hebben moeite met rijmen, ze vinden het lastig om de namen van klasgenootjes te onthouden of ze vinden het moeilijk om nieuwe liedjes te leren. Dat zijn allemaal dingen waarbij ze iets moeten doen op het gebied van klankverwerking. Een deel van de kinderen, dat hier moeite mee heeft, kan later moeite krijgen met lezen en schrijven. Dat hoeft echter niet perse. Het zijn dus geen harde criteria, eerder een aanwijzing om het goed in de gaten te houden. Andersom geldt dat ook: als je kind hier als kleuter geen moeite mee heeft, dan wil dat niet zeggen dat hij geen dyslexie kan hebben. Het kan op dyslexie wijzen, maar dat is niet één op één.

In groep 3 kijk je of leerlingen moeite hebben met het leren van letters, met het hakken en plakken, met het op tempo lezen van woorden en of leerlingen fonetisch blijven schrijven (= letterlijk schrijven van wat je hoort).

Het mag dus duidelijk zijn dat je lezen en spellen echt moet leren. Wil je dyslexie kunnen aantonen, dan moet je dus onderwijs hebben gehad. Als school merkt dat een kind moeite heeft met lezen en spellen, dan moet het ook extra onderwijs en aandacht op dat gebied aanbieden. Halverwege groep 3 kom je er misschien achter dat een leerling zich wat trager ontwikkelt op het gebied van taal en spelling. Dan is het belangrijk om uit te filteren waar dat door komt; een probleem op het gebied van lezen en spelling hoeft nl. niet altijd op dyslexie te wijzen. Basisscholen hebben daar een protocol voor.
Als school bijvoorbeeld op basis van de citoscores (bij score D of E) merkt dat het lezen van een leerling achterblijft, dan wordt er extra aandacht aan die leerling gegeven; bijv. door de leerling in een apart groepje te zetten en/of extra aandacht te geven op het gebied van lezen en/of spelling. Als de leerling dat een half jaar of heel jaar heeft gehad en dat blijkt onvoldoende effect te hebben gehad, dan kun je pas echt gaan onderzoeken of dyslexie een mogelijke oorzaak is.

Het is belangrijk om na te gaan wat precies de oorzaak is van de problemen die een leerling heeft op het gebied van lezen en spellen. Juist om te weten of het dyslexie kan zijn of niet. Een leerling kan bijvoorbeeld ook een algemeen leerprobleem hebben of er speelt iets anders dat hem belemmert in zijn leerproces. Denk bijvoorbeeld aan een trauma in de familie (bv. echtscheiding en daardoor verlies van motivatie om te leren of goed mee te doen op school). Dan kan een kind dus wel moeite met lezen en/of spelling hebben, maar niet door een onderliggende dyslexie. Vandaar dat het enerzijds zo belangrijk is om goed te onderzoeken wat precies de reden is dat een kind moeite heeft met lezen en/of spelling. Anderzijds is het daarom goed om een breder leerprofiel mee te nemen en om te beoordelen of de één-op-één-hulp in de klas goed genoeg heeft gewerkt. Uiteraard kunnen de lees- en spelmoeilijkheden ook nog andere oorzaken hebben of samenhangen met andere stoornissen.’
Daarover bij een volgende vraag meer.


Heb je het idee dat kinderen hun dyslexie kunnen verdoezelen, waardoor het voor ouders of leerkrachten lastig wordt om het te herkennen? 
meisje_juffrouw_samen_lezen‘Eerlijkgezegd lijkt het me voor een kind bijna niet te doen om dyslexie te verdoezelen. Ze kunnen wel verschillende strategieën laten zien om met hun lezen of spelling om te gaan. Ze trappen bijvoorbeeld op de rem en gaan heel langzaam lezen. Of ze gaan juist heel snel lezen en raden dan wat er staat. Kinderen met dyslexie hebben moeite met het technische leesproces; dat betekent in dit geval dat het ten koste gaat van de snelheid of van de nauwkeurigheid van het lezen.

Bij kinderen met veel compensatiemogelijkheden zien we wel eens dat ze met tekst lezen een hoger niveau behalen dan met woordlezen. Ze hebben dan steun aan de semantiek van de tekst; de inhoud en betekenis van de tekst helpt hen om de woorden in tekstverband te lezen.

Bij hoog-functionerende volwassenen zien we wel eens dat ze vooral vastlopen bij het lezen van onzinwoorden. Zij hebben door de jaren heen al zoveel woorden geleerd en opgeslagen (in hun mentaal lexicon), dat ze al veel woorden en teksten gewoon goed kunnen lezen.

Bij de beoordeling of een kind dyslexie heeft, weegt het lezen trouwens zwaarder dan spelling of schrijven. Lezen is namelijk een ‘puurdere’ maat van dyslexie vanwege het automatische proces. Daarom geeft het lezen meer de doorslag bij de beoordeling van dyslexie. Bij spelling is altijd gerichte aandacht nodig en kunnen dus ook weer andere dingen spelen, waarom kinderen er moeite mee hebben (denk aan motivatie en taakgerichtheid).’

Vanaf welke leeftijd kun je dyslexie laten onderzoeken? 
jongen_vrouw_huiswerk_maken‘Vanaf de leeftijd van ongeveer 8 jaar, dus pas bij kinderen in groep 4, kun je dyslexie betrouwbaar onderzoeken. Dus nog niet echt vanaf groep 3. Je moet kinderen namelijk de kans geven om het lees- en spelproces op gang te laten komen.

Merk je dat het kind al last heeft op dit gebied vanaf de kleuterklas (zie hierboven), dan zou je een leerling van groep 3 eventueel wel al kunnen laten onderzoeken. Maar dat zijn eerlijkgezegd wel de uitzonderingen.’

Waarom is het belangrijk om het op jonge leeftijd te laten onderzoeken?
meisje_vrouw_schrijven‘Als je van groep 3 naar groep 8 kijkt, dan worden de normen steeds strenger. Als jij je op een trager tempo ontwikkelt vergeleken met je groepsgenoten, zal het verschil daarom steeds groter worden. Dan ga je dus steeds meer achterlopen ten opzichte van de andere kinderen.

In de hogere groepen wordt ook steeds meer gebruik gemaakt van taal. Zo heb je in groep 4 nog wel het ‘kale’ rekenen, maar vanaf groep 5 komen ook steeds vaker verhaaltjessommen aan bod. Dan is het ook bij vakken als rekenen belangrijk om goed te kunnen lezen. En bij de hogere groepen komt alleen nog maar meer (talige) informatie op de leerling af. Ze hebben dan een bepaald functioneel leesniveau nodig om alles op een goede manier te kunnen verwerken en te begrijpen. Dat is niet alleen nodig bij vakken als begrijpend lezen en redactiesommen, maar ook bij vakken als geschiedenis of aardrijkskunde.
Het is misschien goed om in dit kader te weten dat het onderdeel ‘begrijpend lezen’ één van de onderdelen is, waarop bepaald wordt welk niveau van voortgezet onderwijs je aankunt. Als jij het technisch leesniveau hebt van iemand van groep 3 en je moet lezen op het niveau van eind groep 7, dan is het lastiger om de inhoud van tekst er op een goede manier uit te pikken, zeker als je al zo worstelt met de tekst die je leest. (Als de tekst je voorgelezen wordt, kan het natuurlijk weer anders zijn.)

Om op een goede manier te kunnen laten zien, wat er aan vaardigheden en kennis in je zit, is het dus belangrijk dat het gat tussen je leesniveau en je vaardigheden niet te groot is. Als dat wel het geval is, dan wordt het een stuk lastiger om te laten zien wat je kunt.’

Kun je van dyslexie genezen? 
meisje_leest_boek_MLP‘Helaas kun je niet van dyslexie genezen. Je zult altijd meer moeite met lezen en spellen blijven hebben dan anderen zonder dyslexie.

Ondanks dat gegeven kun je het gebiedje in de hersenen wel trainen, waardoor het lezen en spellen beter gaat. Dyslexie is dus niet te genezen, maar je kunt je lees- en spelvaardigheden wel verbeteren. En dat is goed nieuws.

Het is goed om te accepteren dat het lezen en spellen moeilijk voor je is en zal blijven. Je ziet dat sommige kinderen heel opgelucht zijn met diagnose (‘gelukkig, ik kan er niks aan doen’); er valt een last van hun schouders. Andere kinderen voelen zich er juist vervelend door; ze krijgen het gevoel dat ze anders zijn dan anderen, dat ze niet normaal zijn of dat ze niet meer degene zijn die ze waren. Kinderen, die moeite hebben om te accepteren dat ze dyslexie hebben, kunnen baat hebben bij ‘psycho-educatie’. Bij het RID geven we hen o.a. een boekje mee dat ze samen met hun ouders kunnen lezen: ze gaan dan samen vragen beantwoorden, thema’s bespreken en ze kunnen wat meer gerustgesteld worden. De inhoud van dit boekje komt dan ook in de behandeling aan bod. Ook is het goed om te weten dat heel beroemde of intelligente mensen dyslexie hadden (denk maar eens aan Einstein). Door dyslexie zo positief mogelijk te benaderen, proberen we kinderen er een andere mind-set over te geven.

Nadat je een dyslexiebehandeling hebt gehad, kan de dyslexie toch weer de kop op steken, bijvoorbeeld als je een nieuwe taal gaat leren. Daar hebben leerlingen met dyslexie doorgaans meer moeite mee. Het blijft een zwakkere plek.’


EXTRA
Drs. Kim Huiskamp raadt de volgende boeken aan om (evt. samen met je kind) over dyslexie te lezen.

Informatieve boeken voor ouders:
boeken_MPL_dyslexie‘Kinderen met dyslexie, een gids voor ouders’ – T. Braams
‘Houvast bij leesproblemen en dyslexie op de basisschool, leidraad voor ouders’ – A. Paternotte en J. Buitelaar
‘Mijn kind & Dyslexie’ – R. Krijnen
‘Mijn kind heeft dyslexie’ – M. Ceyssens

Informatieve boeken voor kinderen: 
‘Dyslexie’ – Z. van Mersbergen (Informatiereeks 3, nummer 54)
‘Een 2 voor dictee. Een verhaal over dyslexie’ – J. Breeman
‘Letters op de snelweg. Boekje over dyslexie’ – K. Terlouw
‘Ik heb dyslexie, nou en!’ – L. de Groot

Leesboeken geschikt voor dyslectische kinderen:
http://www.makkelijklezenplein.nl (informatie over leesboeken voor dyslectici)
http://www.zwijsen.nl (serie Zoeklicht)
http://www.inktvis.nl (serie Kokkel-reeks)

Leesboeken over dyslexie voor kinderen: 
‘Ik ben niet bom!’- M. van de Coolwijk
‘Schatkasten’ – H. van der Werff
‘Pudding Tarzan’ – O.L. Kirkegaard
‘De smoezenkampioen’– C. Slee
‘Heksie. Hoe vang je een heks? – M. Snoeij


Waar wordt dyslexie wel eens mee verward? 
meisje_dromend_aan_tafel‘Als kinderen zich bij ons aanmelden om te onderzoeken of er sprake is van dyslexie, dan wordt er niet alleen gekeken naar hoe het met lezen en spelling gaat, maar we kijken ook naar andere schoolvakken. Kinderen kunnen namelijk in het algemeen moeite hebben om nieuwe vaardigheden aan te leren of ze kunnen een algemeen leerprobleem hebben. Dan heb je een heel andere benadering nodig om het kind verder te helpen.

Soms kunnen kinderen een taalontwikkelingsstoornis (TOS) hebben. Ze hebben dan moeite met taal in het algemeen; niet alleen moeite met lezen en schrijven, maar ook moeite met taalbegrip, met de taalproductie (uitspraak) en/of ze hebben een lage woordenschat. Bij kinderen met TOS is er dus meer aan de hand; ze hebben een breder taalprobleem.

Verder is het goed om aandacht te hebben voor andere stoornissen, zoals AD(H)D. Een kind dat bijvoorbeeld moeite heeft om de aandacht ergens bij te houden, kan daardoor in de klas informatie of instructie mislopen. Ook kan een kind met een aandachtsprobleem het ene vak wel leuk vinden en het andere niet; dan heeft het bijvoorbeeld minder aandacht voor taal en dus minder oefening om het goed te ontwikkelen. Dat wil echter nog niet zeggen dat er sprake is van dyslexie.

Sommige kinderen lopen een ‘didactische achterstand’ op: ze liggen achter op de groep, maar dat kan komen omdat ze minder effectief onderwijs hebben genoten dan andere kinderen. Ook dat hoeft dus niet door een mogelijk onderliggende dyslexie te komen.

Hier blijkt in ieder geval uit hoe complex het geheel kan zijn. Dyslexie kan ook nog eens samen voorkomen bij één van deze stoornissen (comorbiditeit), maar dat hoeft natuurlijk niet. Het is ook mogelijk dat de lees- en spelproblemen, die je opmerkt, door een ander onderliggend probleem veroorzaakt worden dan door dyslexie.’

Welke mythes, onjuistheden of vooroordelen bestaan er over dyslexie? 
meisje_leest_in_boek‘Er bestaan wel een aantal mythes of vooroordelen over dyslexie:

(1) Dyslexie ontstaat door een zuurstoftekort bij de geboorte of door slecht samenwerkende hersenhelften.
Vroeger werd wel gedacht dat dyslexie kwam door een zuurstoftekort bij de geboorte, maar we weten inmiddels dat dat niet zo is. Er werd ook wel gedacht dat de twee hersenhelften niet goed samenwerkten. Dan moesten de kinderen evenwichtsoefeningen doen, waardoor de helften wel beter gingen samenwerken. Beide ideeën zijn inmiddels ontkracht door wetenschappelijk onderzoek en niet waar gebleken.

(2) Kinderen met dyslexie kunnen niet goed zien of horen.  
Als je kijkt naar de gebieden in de hersenen die bij klankverwerking betrokken zijn, dan zitten die min of meer tussen de auditieve en visuele cortex in. De informatie die in de auditieve cortex terechtkomt (klank), wordt gecombineerd met de informatie die in de visuele cortex terecht komt (letter). Bij kinderen met dyslexie gaat die verwerking ervan moeizamer. Een kind met dyslexie kan dus zowel goed horen als zien, alleen het verwerken van de combinatie klank en letter gaat moeizamer. Je kunt dyslexie dus niet oplossen door een bril of een hoorapparaat te dragen.

(3) ‘Mijn kind heeft niet zo’n zin in lezen en spelling en moet gewoon wat beter zijn best doen.’ 
Ouders kunnen soms de overtuiging hebben dat hun kind niet gemotiveerd is en gewoon wat beter zijn best zou moeten doen. Maar ik leg dan altijd uit dat kinderen niet ongemotiveerd worden geboren; het kind beslist niet bewust of actief dat het geen zin heeft om te leren. Als een kind geen zin heeft om te lezen, om huiswerk te maken of om iets te doen voor school, dan komt dat door een bepaalde wisselwerking met iets anders. Dingen die je lastig vindt of waar je moeite mee hebt, vind je gewoon niet zo leuk om te doen. De berg wordt dan te hoog. Gelukkig kun je de berg lager maken, zodat het te behalen doel niet meer onbereikbaar lijkt. Het kind krijgt dan het gevoel dat hij het misschien toch kan.

We zien ook wel eens kinderen, die voordat ze bij ons komen, al een heel traject hebben afgelegd. Ze zijn dan al op zoveel plekken geweest en hebben al zoveel onderzoeken gehad, dat ze al bijna geen zin meer hebben om nóg een onderzoek of behandeling te ondergaan. Deze kinderen zou je ‘behandelmoe’ kunnen noemen. Dat wil echter niet zeggen dat ze niet geholpen kunnen worden; ook bij deze kinderen kan dyslexie vastgesteld worden en ook zij kunnen nog steeds geholpen worden.

(4) ‘Laat maar, er is toch niks aan te doen.’ 
Sommige ouders denken: ‘het is dyslexie, er is niks aan te doen’. Dat is echter niet het geval. Ook kinderen met dyslexie kun je met de juiste begeleiding beter laten lezen en spellen. Het is daarbij vooral belangrijk om voor ogen te houden wat je kind wel nog kan ontwikkelen en wat er nog wel mogelijk is. Ga na welk doel je kunt stellen. Daarbij is belangrijk om juist de inspanning, die je kind doet, te belonen (growth mindset) en niet het resultaat (fixed mindset).’

Wat kunnen ouders doen als ze het vermoeden hebben, dat hun kind dyslexie heeft? 
voorlezen_vader_dochter_lachend‘Als ouders vermoeden dat hun kind moeite heeft met lezen of spellen of zich er zorgen over maken, dan is het belangrijk om dat aan te kaarten bij de leerkracht. Het is goed om het zelf ook in de gaten te houden. Bespreek het, zodat de leerkracht er aandacht voor heeft.

School heeft dan – indien nodig – mogelijkheden om extra hulp aan leerlingen te bieden. Citotoetsen helpen bij het signaleren ervan. Daarna kan een leerling doorverwezen worden voor extra zorg; dat zou evt. naar het RID kunnen. Daar wordt onderzocht of er wel / geen sprake is van dyslexie en indien dat inderdaad het geval is, kan de dyslexiebehandeling plaatsvinden.

Over het algemeen is het belangrijk dat ouders met een kind met dyslexie een omgeving creëren, waarin lezen een plek heeft. Creëer een omgeving waarin regelmatig gelezen wordt en waarin dat ook beloond wordt. Denk dan in termen van ‘quality time’: lekker samen op de bank zitten en een boekje (voor)lezen. Maak (voor)lezen dus een normaal onderdeel van je eigen levenssituatie.

Uiteraard kan het voor ouders nog best lastig zijn om het lezen voor hun kind weer leuk te maken. Ga dan op zoek naar de intrinsieke motivatie van je kind. Dat kun je doen door vooral boeken uit te zoeken die je kind zelf heel leuk, interessant of boeiend vindt. Laat de boeken aansluiten op de belevingswereld en interesses van je kind. Als je kind bijvoorbeeld fan is van dinosaurussen, dan lees je daar samen boeken over. Bij drukke gezinnen kan zo’n één-op één-momentje, waarin je aan je kind (voor)leest, zelfs een uitkomst zijn. Door het samen te doen, wordt het lezen alleen maar leuker. Hiermee kun je de leesmotivatie en het leesplezier van je kind absoluut stimuleren.

Geef het dus niet op en ga vooral door met lezen. Lezen onder dwang, bijv. tot huilens toe, is natuurlijk het andere uiterste. Dat laatste vergroot alleen maar de weerstand bij je kind. In de plaats daarvan is het beter om je kind zelf zijn boeken uit te laten kiezen. Ga samen naar de bibliotheek en maak er daarna samen een gezellig leesmoment van.
Goed om nog te weten is ook dat het geen probleem is om kinderen naar luisterboeken te laten luisteren of om software te gebruiken om boeken te laten voorlezen. Het is dan wel belangrijk dat kinderen het boek erbij houden en zelf meelezen. In de bibliotheek heb je ook een Makkelijk Lezen Plein, waar je boeken kunt vinden voor kinderen die wat meer moeite hebben met lezen.


Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!


tip_gezinWil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen? 
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend.
 Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_cHeb je vragen over dit thema, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?
Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2020. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Geschreven door Joyce Akse van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.

Lees verder over gerelateerde thema’s:
Wist jij dit al over opvoeding en ouderschap…? Uitgebreide interviews met toonaangevende experts.’ 
– ‘11 tips om samen (voor)lezen nóg leuker te maken.
– ”Nog een keer lezen, nog een keer’- 5 eenvoudige tips om samen (voor)lezen met je kind nóg leuker te maken.
– ‘Waarom worden kinderen en tieners toch zo boos?‘. 
‘Wat doet een opvoedcoach eigenlijk? | Joyce Akse vertelt.’ Klik hier.
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.

logo_akse_coaching_klein_nieuw

Ga (terug) naar de website van Akse Coaching: http://www.aksecoaching.nl. 

Hoe overleef je als ouder de laatste weken vóór de zomervakantie? [ met 9 thema’s, 9 praktische tips en 1 planner ]

Laatste schooldag voor zomervakantieVoordat de zomervakantie begint, moet er ineens van alles gebeuren. Als moeder vind ik dat persoonlijk één van de meest hectische periodes van het jaar (de week voor kerst staat trouwens met stip op één, maar dat even terzijde… 😉 ). De eerste jaren dat m’n oudste op de basisschool zat, overviel die periode me een beetje. Er kwam ineens zoveel voorbij; daar was ik me vooraf helemaal niet van bewust.

Zo zijn er aan het eind van het schooljaar oudergesprekken, die je met de leerkracht van je kind(eren) inplant, kan er ineens een juffen- / meesterdag georganiseerd worden, waar je (samen met je kind) een knutselwerkje voor maakte of een financiële bijdrage aan leverde i.v.m. een gezamenlijk cadeau van de klas, een cadeautje voor de leerkracht wil geven op de laatste schooldag (evt. met knutsel van je kind), er wordt vaak nog gepoetst op school, er zijn leuke jaarafsluitingen van de clubjes waar je kinderen lid van zijn, je wil graag je eigen vakantie voorbereiden (koffers inpakken en zo), je wil je eigen werk zo goed mogelijk afronden en ga zo maar door. O ja, en als je kind in groep 8 zit, dan is het helemaal feest! 😉 En zo is er vlak voor de zomervakantie ineens van alles dat er nog moet gebeuren… Help!

Om te voorkomen dat deze periode jou ook overvalt, heb ik op een rijtje gezet wat er zoal nodig is of welke verzoeken je zou kunnen krijgen. Zo kom je goed beslagen ten ijs en kun je relaxt aan je zomervakantie beginnen. Daar komen ze…

TIP 1: Pak alvast dit handige schema (Planner voor Ouders) erbij, waarin je alle extra activiteiten voor in de laatste twee weken vóór de zomervakantie noteert. Vul ‘m meteen in tijdens het lezen van dit artikel, zodat je zeker weet dat je niks vergeet!

(1) Oudergesprekken
Aan het eind van het jaar vinden er vaak oudergesprekken plaats, waarin je de voortgang van je kind(eren) bespreekt, samen met de leerkracht. De aanpak hiervan verschilt per school: sommige scholen organiseren het voor alle ouders, andere scholen alleen indien de leerkracht het nodig vindt en/of als je er als ouder behoefte aan hebt.

Ik vind het persoonlijk fijn om de leerkracht even te spreken en te horen hoe mijn kind het de afgelopen periode heeft gedaan. Ik ben dan niet alleen geïnteresseerd in het rapport, de resultaten of punten, maar ook in de sociaal-emotioneel ontwikkeling van mijn kind (bijv. Hoe doet mijn kind het op dit gebied, hoe verhoudt mijn kind zich tot klasgenootjes, wat gaat er goed, wat kan er beter? ed.).

Het kan alleen nog best een uitdaging zijn om – naast alle verplichtingen en extra activiteiten die je in deze tijd al hebt – een datum en tijd te vinden waarop jij (evt. samen met je partner) én de leerkracht beiden kunnen. Als het me lukt, dan plan ik de 3 oudergesprekken op één en dezelfde middag. Dan hoef ik nl. maar één keer m’n werk te onderbreken en kan ik me helemaal op deze gesprekken focussen (i.p.v. dat ik het 3x moet afwisselen).

(2) Juffendag of Meesterdag 
blond_hiep_hiep_hoera_vrouwDeze dag wordt steeds vaker op scholen georganiseerd en is min of meer in het leven geroepen om te voorkomen dat alle leerkrachten van een klas apart hun verjaardagen vieren. De kinderen gaan op zo’n dag samen met hun juffrouw of meester iets leuks doen; ze spelen spelletjes in de klas, gaan naar een speeltuin in de buurt of iets dergelijks. Vaak wordt er dan ook georganiseerd dat de kinderen samen iets leuks maken voor de leerkracht(en) of dat er geld bij elkaar wordt gelegd voor een gezamenlijk cadeau namens de klas.

⇒ Dat betekent voor jou als ouder dat je er aan moet denken om voor je kind(eren) op tijd het afgesproken bedrag over te maken naar de betreffende ouder (je krijgt wellicht een betaalverzoek / Tikkie) óf dat je samen met je kind aan het knutselwerkje gaat werken. En dat klinkt misschien wel als een open deur en op zich is het best eenvoudig, maar als je dat op verschillende dagen voor verschillende kinderen moet doen (met de rest van al je activiteiten, zie ook hieronder), dan kan dat stiekem nog best een uitdaging zijn… 😉

Misschien wordt er op de school van jouw kinderen geen Juffen- of Meesterdag georganiseerd, maar wel een gezamenlijk cadeau geregeld voor bijv. de laatste schooldag. Of er wordt geen gezamenlijk cadeau geregeld en regelen alle ouders zelf iets voor de leerkracht. Of er is duidelijk afgesproken dat er geen cadeaus gegeven worden. Alle opties zijn helemaal goed! Kijk gewoon even wat precies de bedoeling is op de school van jouw kind.


IDEE: Een gezamenlijk cadeau voor de juffrouw of meester.
bedankt_jufLaat alle leerlingen uit de klas van je kind dit formulier (A4-tje) invullen en bundel het tot een mooi persoonlijk afscheidscadeau van de klas. Iedereen doet zijn bijdrage, het is niet duur, maar het is wél een hele mooie én persoonlijke herinnering voor de leerkracht.

KLIK HIER om de A4-tjes GRATIS te downloaden en/of uit te printen:
A4-tje voor de juffrouw |  A4-tje voor de meester.

Lees hier verder voor leuke én handige tips om je opvoeding leuker en makkelijker te maken.




(3) Het eigen bureau opruimen en de laatjes leegmaken.
bureautjes_in_klas_schoolVoordat de vakantie begint, worden de klassen al enigszins opgeruimd. Alle kinderen maken beetje bij beetje hun laatjes (van hun eigen bureau) leeg en dus komen er met en met allemaal ‘spulletjes & prulletjes’ mee naar huis. Hier thuis waren dat soms een paar kleine dingen, die m’n kinderen bijvoorbeeld door het jaar mee naar school hadden genomen; daarnaast kwamen er ook allerlei volgeschreven werkboeken en mooie knutselwerkjes mee. Allemaal dingen die je kind(eren) aan het eind van het schooljaar mee naar huis mag nemen.

Van oudere leerlingen kan soms gevraagd worden om niet alleen hun eigen bureau op te ruimen, maar om het ook zelf te poetsen. Dan is het handig om een eigen (poets)doekje mee te geven, zodat ze hun eigen laatjes, tafel en stoel weer konden laten glimmen.

TIP 2: Doe standaard een (grote) plastic of stoffen zak in de tas van je kind. Dan heeft je kind altijd een tas bij zich om deze spulletjes mee naar huis te nemen. Zeker als de schooltas / rugzak van je kind niet zo groot is en er doorgaans al spullen als broodtrommel(s) en beker(s) in zitten.


joyce_grijs_aanjou_1

Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat niet goed luistert, slaapt of eet? Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?
Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.


(4) Klassen poetsen & speelgoed schoonmaken. 
kinderen_in_de_klas_3Aan het eind van het jaar worden de klassen vaak zo veel mogelijk leeggemaakt, zodat de poetsploeg overal goed bij kan en alles helemaal schoon kan maken. Dan heb ik het bijv. over de vloer en de ramen. Vaak worden de tafeltjes, het bord, de kasten ed. daarin niet meegenomen, tenminste niet voor een ‘deep clean’. 😉 Om ook het meubilair goed schoon te maken, kan aan het eind van het schooljaar nog een verzoek komen aan de ouders om mee te helpen met de grote schoonmaak van de klas.

Daarnaast heb je in groep 1 en 2 natuurlijk ook veel speelgoed, als blokken, auto’s, kralenplankjes, kapla, k’nex, duplo en noem maar op. Ook daarvan is het fijn als het allemaal even schoon gemaakt wordt, zodat de nieuwe kleuters na de zomervakantie met schoon speelgoed kunnen starten. Ook daarvan kun je verwachten dat je een zak mee naar huis krijgt om het thuis schoon te maken. Helemaal niet erg, maar wel handig om het vooraf even te weten.
O ja, en die zak met schoon speelgoed moet dan wel uiterlijk op de laatste schooldag weer terug naar school… Niet vergeten!

(5) En nog meer extra activiteiten – Gewoon leuk!
meisje_zwemmen_rose_duikbrilLeerkrachten zijn heel inventief om in de laatste weken voor school nog allemaal leuke dingen te organiseren. Misschien heeft jouw kind in deze periode ook wel een schoolkamp of schoolreisje. Ook andere activiteiten kunnen er nog georganiseerd worden. Denk maar eens aan samen naar het zwembad onder schooltijd, met de klas een ijsje eten bij de lokale ijssalon, Happy Stones schilderen (en in de buurt verstoppen), een pyjamadag op school, samen picknicken of naar de speeltuin, een film- of spelletjesmiddag en ga zo maar door.

In de laatste weken voor de vakantie zijn er vaak ook leerkrachten die afscheid nemen, omdat ze naar een andere school gaan of omdat ze met pensioen gaan. Ook dat kan soms nog een bijzondere en gezellige feestdag opleveren.


(6) De allerlaatste schooldag (voor de zomervakantie): 

happy_last_day_of_schoolMeestal wordt er op de laatste schooldag echt geen les meer gegeven en mogen je kinderen van alles mee naar school nemen. Dat kan een gezelschapsspel zijn om samen spelletjes te doen, maar soms wordt er ook een heuse pyjamadag of picknick georganiseerd. Heel leuk natuurlijk, maar dat betekent wel dat jij (samen met je kind) nog gauw even van alles bij elkaar moet zoeken.
Dus houd er rekening mee dat je dan nog een pyjama, een picknickkleed, een spel en ga zo maar door bij elkaar moet gaan verzamelen. Ik kan me er dan zelf best nog zorgen over maken over of op zo’n laatste dag van het jaar ook weer alles terugkomt; ook dat houd ik in m’n achterhoofd als ik – samen met de kinderen – iets uitzoek om mee te nemen.

Daarnaast is het leuk (maar zeker niet verplicht) om de leerkracht van je kind op de laatste schooldag een kleinigheidje te geven. Hoeft niet, mag wel.

Pinterest is voor mij op zulke momenten echt een ‘life saver’. Daar vind je zulke leuke, originele dingen op. Ik heb zelf Pinterest-borden aangemaakt, waar ik leuke zelfgemaakte cadeautjes en  makkelijke (kinder)tractaties op bewaar. Het nadeel is alleen dat Pinterest best een beetje verslavend kan zijn en dat komt op zulke drukke momenten nou eenmaal niet zo goed uit. Dus zodra je iets gevonden hebt dat je goed kunt gebruiken, kun je het beste Pinterest maar meteen weer uitzetten… 😉 En dan gauw weer door!


TIP 3:
Druk je zoon / dochter op het hart dat hij/zij de tas met gymspullen mee naar huis neemt, zodat ze weer gewassen kunnen worden. De kans is groot dat de gymschoenen inmiddels wat aan de kleine kant zijn, zodat het kopen van nieuwe passende gymschoenen weer op het ‘to do’-lijstje kan voor als de school ná de zomervakantie weer begint.


TIP 4:
Maak de schooltas bij thuiskomst meteen leeg om te voorkomen dat je na een paar dagen (of weken) niet nog een beschimmelde boterham of groene melk in zijn rugzak vindt…

(7) Clubjes ronden het jaar af. 
kinderen_hoorn_muziek_lesAls je oudere kinderen hebt, dan zijn ze misschien wel lid van een leuke sport- of muziekvereniging. De lessen, trainingen of repetities worden vlak voor de zomervakantie meestal wel afgerond (dus die vallen voorlopig even weg), maar toch willen verenigingen graag aan het eind van het schooljaar iets extra’s organiseren. Misschien wordt er dus ook voor jouw kind(eren) in deze periode nog wel een extra datum geprikt om samen op pad te gaan of samen een gezellige middag / avond te houden.

=> TIP 5: Probeer de dagen voor de zomervakantie minder in te plannen. Jouw agenda vult zich namelijk ‘als vanzelf’ met allerlei extra activiteiten.

=> TIP 6: Het kan leuk zijn om ook de trainer of muziekjuf/-meester te bedanken voor alle moeite en werkzaamheden van het afgelopen jaar en ook voor hem/haar een bedankje te geven tijdens de laatste les of training. Afhankelijk van de vereniging wordt ook in dit kader wel eens een groepscadeau georganiseerd. En ook dit valt weer in de ‘categorie’: ‘hoeft niet, mag wel’. 😉


(8) Je eigen werk afronden: 

De meeste mensen willen voor hun vakantie graag alles – voor zover mogelijk – afronden om zo met een fijn gevoel de vakantie te kunnen starten. Als jij dat ook het liefste doet, dan is de kans groot dat daar toch een gevoel van stress bij komt kijken. En nou is (kortdurende) stress op zich niet zo erg en juist goed om lekker aan de slag te gaan, maar als het te veel wordt of als je het gevoel hebt dat het allemaal niet gaat lukken, dan is dat niet fijn.
In m’n artikel ‘Omgaan met stress | 5 praktische tips om je stressgevoel aan te pakken.‘ lees je wat je kunt doen om langdurige stress te voorkomen en/of ermee om te gaan.

TIP 7: Het is handig om in de laatste werkweek voor je vakantie steeds minder (tot geen) afspraken in te plannen. Misschien lukt het je zelfs om de afspraken (bijv. op de laatste twee werkdagen) helemaal achterwege te laten. Op die manier heb jij voldoende ruimte en tijd om je eigen werk rustig afronden. Stel op je laatste werkdag je ‘afwezigheidsassistent’ al in, zodat je vanaf dat moment niet meer de druk voelt om nog op binnenkomende mails, vragen of opdrachten te reageren.


GRATIS Zomerboek voor Ouders
fb_zomerboek_voor_ouders_2020 Ga goed voorbereid op vakantie en vraag in de zomermaanden het GRATISZomerboek voor Oudersbij me aan; je ontvangt het helemaal gratis en vrijblijvend.
Er zit o.a. een handige én uitgebreide vakantiechecklist in met allemaal items, die je nodig hebt als je met je kinderen op vakantie gaat.
Met deze checklist weet je zeker dat je alle onmisbare spullen bij je hebt.

Klik hier om te lezen hoe je dit Zomerboek GRATIS kunt aanvragen



(9) Je eigen vakantie voorbereiden: 

vrouw_zit_op_kofferAls je meteen aan de start van de zomervakantie op vakantie gaat, dan ben je waarschijnlijk tijdens de laatste schoolweek al aan het pakken. Wat moet er allemaal mee, wat heb je perse nodig (en wat niet) en wat past er überhaupt nog allemaal in het koffer. Ook dat is doorgaans niet de meest rustgevende activiteit…

=> TIP 8: Maak ruim voordat je op vakantie gaat een handige vakantiechecklist (je vindt ook een handige checklist in m’n Zomerboek voor Ouders’, zie hieronder), zodat je zeker weet dat je niks vergeet mee te nemen.

=> TIP 9: Check even of alle paspoorten of ID-kaarten nog geldig zijn (en vraag op tijd een nieuwe aan bij je gemeente).


⇒ Ben ik in dit artikel nog iets vergeten te noemen, dat ook vaak ‘nog even’ moet in de laatste weken voor de zomervakantie? 

Laat me dat dan hieronder weten. Ik hoor dus graag van jou wat dat is en wat dus zeker niet aan dit lijstje mag ontbreken. Dankjewel alvast!

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!


tip_gezin

Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.


Heb je vragen over één van deze thema’s, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?

joyce_rosegrijs_staand_cNeem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2020-2021. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.


Referenties van gebruikte literatuur voor dit artikel:

– ‘Tips tegen vakantiestress’. Gezond Idee. Gezond leven. MUMC+. Klik hier.


Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle opvoedTips:

– ‘Als je kind moeilijk in slaapt valt op vakantie… | 7 praktische tips om dat snel te verbeteren (incl. BONUStips)
– ‘Hoe overleef je een vliegvakantie met je kind…? | Een ontspannen vlucht in 5 stappen.
– ‘Stop het gezeur, geruzie en gedoe op de achterbank – 4 handige tips voor onderweg.
– ‘Zo slaapt je kind wél bij zomerse temperaturen! [over: Makkelijker in slaap vallen als het warm is.]
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.

© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.

logo_akse_coaching_groot_nieuw

Ga (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Lekker slapen! Praktische tips voor kinderen en hun ouders.

meisje_slaapt_in_bed_knuffelSlaap is ontzettend belangrijk. Maar zolang jij of je kind goed slapen, lijkt het helemaal niet zo bijzonder en lijkt het zelfs vanzelfsprekend. Zodra jij of één van je gezinsleden echter een tijdje niet goed slapen, merk je wat voor een wissel dat op jou, je gezin en je functioneren kan trekken. Juist dan ervaar je hoe belangrijk goed kunnen slapen eigenlijk is.
Om het belang van slaap onder de aandacht te brengen wordt ieder jaar (in maart) de Internationale Dag van de Slaap – ook World Sleep Day genoemd – georganiseerd.

In de afgelopen jaren heb ik diverse artikelen geschreven binnen het thema ‘Gezonde slaap & Slaapproblemen’. Daar vind je hieronder een overzicht van. In mijn artikelen vind je niet alleen veel waardevolle achtergrondinformatie, maar ook veel praktische (opvoed)tips. Ze zijn stuk voor stuk bedoeld om jou die tips te geven, waardoor jij én je kind weer lekker kunnen slapen.

Heb je vragen over één van deze artikelen? 
Mail dan naar info@aksecoaching.nl.

Klik op de link van het artikel dat je graag wilt lezen: 

jongen_slaapt_bed_klok– ‘Als je kind onrustig slaapt – Problemen met doorslapen

– ‘10 basistips om je kind of tiener lekker te laten slapen.‘.  

– ‘Ga nou toch lekker slapen, liefje! – 5 tips om je kind te leren slapen‘.

– ‘Slaap kindje slaap’ – Hoe een bedritueel je kind helpt om beter in slaap te laten vallen.

– ‘Uitslapen als je kinderen hebt…?‘ – Zorg er in 3 stappen voor dat je kind langer slaapt.

– ‘Slapen voor gevorderden [1]: 7 tips om makkelijker in slaap te vallen én meer te slapen

– ‘Slapen voor gevorderden [2]: 6 dingen, die je beter NIET kunt doen, om beter in slaap te vallen

– ‘Het middagdutje: Wanneer kan mijn kind het dutje ’s middags overslaan? (Incl. checklist)’

baby_moeder_troost_knuffelt– ‘Wat je echt moet weten over het huilen, troosten en slapen van baby’s.‘ [Interview met onderzoeker dr. Roos Rodenburg.]

Waarom huilt mijn baby toch zo? Over: Hoe je huilen bij baby’s vermindert.‘.

– ‘Als je kind moeilijk in slaapt valt op vakantie… | 7 praktische tips om dat snel te verbeteren.‘ (incl. BONUStips)

– ‘Zo slaapt je kind wél bij zomerse temperaturen!‘ [over: Makkelijker in slaap vallen als het warm is.]

– ‘Waarom mogen kinderen op vakantie langer opblijven?‘ (+ 7 tips om ook op vakantie lekker in slaap te vallen)  
jongen_speen_in_de_mond
– ‘Waarom plas je nou weer in bed?‘ – Zet deze 3 stappen en voorkom bedplassen.

– ‘Je kind is verknocht aan zijn speen. Hoe kun je het speengebruik afleren?

Merk je dat je thuis – zonder ondersteuning of begeleiding – er niet voldoende in slaagt om je kind goed te laten slapen? 
⇒ Neem dan contact met me op. Ik help je graag, zodat jij, je kind en je hele gezin weer lekker kunnen slapen.
Klik hier om alvast meer te lezen over mijn Duimelot Methode.

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!


tip_gezin

Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_cHeb je vragen over één van deze thema’s, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?

Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2020. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.

Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.

© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.

logo_akse_coaching_groot_nieuwGa (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Boos zijn kun je leren! | 6 stappen om je kind te leren zijn boosheid te beheersen.

moeder_boos_op_dochterBoosheid is een emotie die erbij hoort, zowel voor kinderen als voor volwassenen. Wat kinderen echter moeten leren, is dat je niet zomaar alles kunt zeggen of doen als je boos bent. Ze moeten nog leren hoe ze hun boosheid in goede banen kunnen leiden. Wij als volwassenen spelen daarbij een belangrijke rol. In dit artikel deel ik 6 stappen waarmee je je kind kunt leren z’n boosheid te beheersen om zo woedeaanvallen te voorkomen! 


Stap 1: Bespreek met je kind het verschil tussen ‘boos zijn’ en ‘boos doen’.

Het is belangrijk dat je kind weet dat er een verschil bestaat tussen emotie en gedrag. Oftewel het verschil tussen ‘boos zijn’ en ‘boos doen’. Leg op een manier, die bij de leeftijd en leefwereld van je kind past, uit dat je niet zomaar alles kunt zeggen of doen als je boos bent, zoals schelden, schoppen, slaan of met speelgoed of de deuren gooien. Bespreek ook samen wat de gevolgen voor je kind kunnen zijn als het z’n boosheid wel afreageert op een ‘onwenselijke’ manier. Het is belangrijk dat je kind zich realiseert dat het weliswaar het gevoel kan hebben dat het gelijk heeft of in z’n recht staat, maar dat zijn manier van reageren er toch toe kan leiden dat het een standje of straf krijgt of dat er ruzie ontstaat. Laat je kind inzien dat het veel meer oplevert als het lukt om ondanks de boosheid toch rustig te reageren.

Stap 2: Maak je kind bewust dat het een keuze heeft
vader_troost_dochterHet is ook belangrijk dat je kind leert inzien dat het zelf kan kiezen hoe het naar een situatie kijkt en hoe het met zijn boosheid omgaat. Dit kun je doen door je kind eens te laten nadenken over een situatie, waarin het nog niet zo lang geleden boos werd. Schrijf op wat het toen allemaal deed, voelde en dacht. Vraag je kind hoe het op een andere, meer positieve manier tegen die situatie aan zou kunnen kijken. Je kind kan bijvoorbeeld opnieuw nadenken over de opmerking die over hem gemaakt werd, waar het zo boos over werd (bijv. het was als grapje bedoeld) of de duw die hij kreeg (bijv. de ander struikelde en viel per ongeluk tegen hem aan).

Probeer vervolgens samen met je kind te bedenken hoe het anders had kunnen reageren. Voor jonge kinderen is dat nog best lastig; dat kun je hem best uitleggen en voorzeggen. Een ouder kind kun je vragen om zich eens te verplaatsen in de ander en vanuit dat standpunt te beredeneren waarom de ander zo reageerde en wat er nodig zou zijn geweest om de situatie niet te laten escaleren. Het doel van dit soort gesprekken is om je kind meer inzicht te laten krijgen in dit soort situaties, zodat het er steeds bewuster mee om kan gaan.


joyce_grijs_aanjou_1
Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat niet goed luistert, slaapt of eet? Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?

Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.


Stap 3: Maak afspraken over wat je kind wel en niet mag doen als het boos is.
Meestal weten kinderen vrij snel wat ze eigenlijk niet mogen doen als ze boos zijn. Denk aan uitschelden of kwetsen, pijn doen en spullen kapot maken. Wat we als volwassenen nogal eens vergeten, is hen ook te leren wat ze wél kunnen doen als ze boos zijn. Als je kind weet hoe het een lastige situatie kan aanpakken, dan geeft dat een gevoel van ‘controle’. Het weet dan beter wat het kan doen en welke stappen het kan zetten.

Hieronder een opsomming van dingen die je kind wél kan doen als het boos is:
jongen_hand_omhoog_stop– Zeggen ‘stop, hou op, ik vind het niet meer leuk’ (voor jongere kinderen).
– In je hoofd tot tien tellen.
– Aan een persoon denken die – in de ogen van je kind – altijd rustig reageert in lastige situaties.
– Op tijd aangeven dat je iets niet leuk of fijn vindt (bijv. omdat iemand een nare opmerking maakt). Als de ander dan toch doorgaat, dan kun je nogmaals aangeven dat je wil dat hij ermee stopt. Als de ander dan nog steeds doorgaat, haal je er een volwassene bij (bijv. de ouder of leerkracht).
– Aangeven dat je even weggaat om rustig te worden en er later op terug wilt komen. Je kind neemt even een time out om te voorkomen dat hij op dat moment dingen gaat zeggen of doen waar hij later spijt van heeft. Het is belangrijk dat je kind zich ook aan die afspraak houdt en na een tijdje terugkomt om het uit te praten.

Let op: er wordt vaak geadviseerd om een kind tegen een boksbal te laten slaan of in een kussen te laten schreeuwen als hij boos is. Dat is m.i. echter juist niet de bedoeling. Je wilt namelijk dat je kind zijn agressie op dat moment niet gaat uiten, maar dat hij zijn boosheid op tijd opmerkt en die op een rustige, positieve manier kanaliseert.

Lees ook: Waarom worden kinderen en tieners toch zo boos?


Stap 4: Kom er regelmatig even op terug

moeder_dochter_gesprek_aan_tafelAls je weet dat je kind het moeilijk vindt om zijn boosheid in goede banen te leiden, dan is het belangrijk om er regelmatig kort op terug te komen. Vraag je kind tussen neus en lippen door: ‘Ben je vandaag nog boos geweest?’. Als dit zo is, kun je je kind vragen uit te leggen wat er gebeurde, wat je kind wilde doen, hoe het heeft gereageerd en hoe het afliep.

Als je merkt dat je kind toch nog boos gereageerd heeft (wat zeker in het begin nog zal gebeuren), bespreek dan wat het anders had kunnen doen. Probeer dit zo te doen dat je kind het zelf zegt, zodat je als ouder een indruk krijgt van wat je kind weet. Het is goed om het op een rustige, ontspannen manier met je kind te bespreken. Kinderen hebben deze terugkoppeling echt nog nodig. Door de herhaling beklijft het beter en kunnen ze het ook steeds beter toepassen.

Als je hoort dat je kind – ondanks zijn boosheid – inderdaad rustig is gebleven en heeft toegepast wat jullie hebben afgesproken, geef je een welgemeend compliment en laat je je kind weten dat je vindt dat het goed bezig is. Vraag je kind wat het opleverde om zo te reageren of te handelen en of het misschien nog iets anders had willen of kunnen doen. Ook als je kind steeds beter met zijn boosheid omgaat, is het goed om er nog regelmatig even op terug te komen.

Stap 5: Reageer adequaat als je kind boos wordt…
Op het moment dat je kind boos is, is het belangrijk om hier goed als ouder op te reageren.

Dat doe je door de volgende stappen te doorlopen:
moeder_zit_met_boze_jongen1. Verplaats je in het probleem of de lastige situatie van je kind. Luister goed en aandachtig naar wat je kind zegt en veroordeel je kind niet.
2. Reageer met ‘ik-boodschappen’ en vraag dan of je constatering klopt. Je benoemt expliciet de boosheid van je kind. Je kind zal dan aangeven dat het inderdaad boos is (of juist niet) en vaak komt dan ook de reden van de boosheid naar boven. Bijv.: ‘Ik zie dat je boos wordt als ik dat zeg. Klopt dat?’
3. Geef aan dat je je goed kunt voorstellen (vanuit het perspectief van je kind) dat je kind om die reden boos werd.
4. Benoem dan wat je kind goed gedaan heeft in die situatie (bijv. ‘Wat goed dat je naar me toe bent gekomen, zodat ik je kan helpen’ of ‘Wat goed dat je me dit zo rustig uitlegt, terwijl ik zie dat je nog boos bent’). Ook als je kind toch dingen gedaan heeft die niet goed waren, moet het horen wat het wel goed gedaan heeft, ook al is het maar iets kleins.

Wat je kunt doen als je kind uit boosheid iets gedaan heeft wat niet past bij wat jullie hebben afgesproken, lees je hieronder.


Goed om te weten
Vaak zie je dat je kind – nadat het boos was – verdrietig wordt en gaat huilen. Ook dat is normaal en niet erg. Je kunt je kind dan gewoon troosten. Je kind mag weten dat jij er voor hem bent.


Stap 6: Als je kind jullie afspraken niet nakomt…
Uiteraard mogen er consequenties volgen als je kind zich niet aan jullie afspraken heeft gehouden over wat wel en niet acceptabel gedrag is bij boosheid. Leg je kind goed uit dat er geen consequentie volgt vanwege het feit dat het zich boos voelde, maar vanwege de dingen die je kind niet meer mocht doen in z’n boosheid, zoals uitschelden, pijn doen of spullen kapot maken.

* Consequentie voor jonge kinderen
jongen_zit_op_stoelAls je kind zich niet aan de afspraken houdt en in zijn boosheid toch ontoelaatbaar gedrag vertoont, dan mag er een consequentie volgen. Denk dan aan een consequentie als even stil zitten op een stoeltje of in de hoek staan.

Goed om te weten
Deze consequenties kun je alleen toepassen als je dit volgens een aantal duidelijke regels doet. Dat houdt o.a. in dat de consequentie van korte duur is, dat je vooraf én achteraf duidelijk aangeeft waarom je kind die consequentie krijgt, dat je het na de consequentie weer goedmaakt met elkaar en dat je je kind zelf laat bedenken wat het in het vervolg anders kan doen. 


* Consequentie voor tieners

meisje_tiener_ligt_op_bed_slaapkamerBij tieners kun je op het moment van (dreigende) heftige boosheid een time out instellen. Op die manier neem je even letterlijk afstand van elkaar om allebei rustig te worden. Als je daarna weer met elkaar gaat praten, dan is het goed om de stappen te doorlopen zoals beschreven bij tip 5. Spreek af hoe jullie in het vervolg met deze situatie omgaan en op elkaar willen reageren. Eventueel herhaal je de gemaakte afspraken, voeg je nieuwe afspraken toe en bespreek je de consequentie(s). Je tiener kan daar natuurlijk in meedenken. Bij tieners houd je als ouder of leerkracht wel de regie, maar je manier van communiceren wordt steeds meer gelijkwaardig.


joyce_rosegrijs_staand_c


Wil je graag een thema-avond over opvoeden bijwonen?

Kijk dan in Joyce’ online Agenda voor een workshop, lezing of OpvoedParty bij jouw in de buurt.

Wil je Joyce graag uitnodigen om een thema-avond over opvoeden te geven?
Kijk dan hier voor mogelijke thema’s en/of neem contact met haar op.


Ten slotte…
De crux van deze aanpak zit hem erin dat je bovenstaande stappen consequent blijft toepassen. Hoe langer je met deze totale aanpak aan de slag gaat, hoe duidelijker het voor je kind wordt, hoe beter je kind zijn boosheid leert hanteren. Dat zorgt er overigens ook voor dat stap 6 steeds minder nodig is en uiteindelijk overbodig wordt.

Last but not least: Kijk eens wat vaker in de spiegel…
Kinderen van alle leeftijden leren veel van wat ze van anderen zien, dus ook hoe anderen omgaan met lastige situaties. Zo zullen ze ook van jou als ouder of leerkracht leren (en overnemen) hoe jíj reageert als je boos bent. Dat betekent dat jij je aan precies dezelfde afspraken zult moeten houden als die je voor je kind hebt gemaakt. Ook jij gaat dus niet iemand uitschelden, kwetsen, pijn doen of met voorwerpen gooien als je boos bent. Kortom, laat je kind zien hoe het op een goede manier boos kan zijn door het zelf ook zo aan te pakken. Wees op díe manier boos, zoals je graag ziet dat je kind het ook zou doen.

Lees ook het artikel: ‘Waarom worden kinderen en tieners toch zo boos?‘.
Dit artikel heb ik geschreven in opdracht van het CJG043.

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!


tip_gezinWil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen? 
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_cHeb je vragen over dit thema, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag? Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2019. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Geschreven door Joyce Akse van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.


Joyce gebruikte voor dit artikel de volgende bronnen:

Psychogoed.nl
– Ouders.nl
– JMouders.nl


Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle OpvoedTips:

– ‘4 manieren om je kind te helpen met lastige emoties (+ 3 BONUSTIPS)’. Klik hier.
– ‘Waarom huil je nu alweer?’ (over: Hoe je ervoor zorgt dat je kind minder huilt.). Klik hier.
– ‘Voorkom ongewenst gedrag: Geef je kind positieve aandacht.’ Klik hier.
– ‘De time out: Hoe werkt die eigenlijk?’ (over: De time out in 5 stappen). Klik hier.
– ‘Wat doet een opvoedcoach eigenlijk? | Joyce Akse vertelt.’ Klik hier
Klik hier voor meer waardevolle opvoedtips van Joyce, bijv. over (niet) willen luisteren, slapen of eten ed.

logo_akse_coaching_klein_nieuw

Ga (terug) naar de website van Akse Coaching: http://www.aksecoaching.nl. 

Help, ik ben een curlingmoeder! Wat nu…? (3 stappen om het anders te doen)

moeder_zoon_huiswerk_buitenDankzij het tv-programma de Luizenmoeder weet heel Nederland wat een ‘Curlingouder’ is. Dit is echter geen nieuwe term, maar werd enkele jaren geleden al in Denemarken gebruikt door Bent Hougaard. Hij heeft het dan over ouders, die alle problemen voor hun kinderen proberen glad te strijken.
Denk aan de sport Curling, waar deelnemers het oppervlak zo glad mogelijk proberen te vegen.

Juf Ank uit de Luizenmoeder heeft niet zo veel met die ‘curling ouders’ en waarschijnlijk terecht (bekijk hier het fragment). Hougaard waarschuwde er namelijk al voor dat kinderen van Curlingouders zich niet volwaardig kunnen ontwikkelen. Te veel bemoeienis van ouders is namelijk niet goed.

Het is belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen dat ze zelf leren om te gaan met lastige situaties, teleurstellingen en negatieve emoties.

Als kinderen niet leren om ook zelf die lastige situaties het hoofd te bieden, dan kan hun emotionele ontwikkeling niet tot volle bloei komen (met een mogelijke depressie of burn out op latere leeftijd tot gevolg). Kinderen leren dus ook van vervelende situaties. Juist het ‘goed leren omgaan met lastige situaties’ maakt dat kinderen uitgroeien tot veerkrachtige volwassenen.


joyce_02Met de billen bloot…
Ook ik moet toegeven dat ik wel eens trekjes heb van een Curling-moeder… Ik help mijn zoon bijvoorbeeld met zijn spreekbeurt of boekbespreking. Ik herinner m’n dochter er aan dat ze haar broodtrommel, drinkbeker of gymtas mee naar school moet meenemen. Ik heb zelfs al eens handschoenen en gymtassen naar school gebracht,  omdat we die ’s ochtends nergens konden vinden of gewoonweg vergeten waren. Tja…



Maar nu we weten dat het niet wenselijk is om alles voor onze kinderen te doen,
betekent dat natuurlijk niet dat we onze kinderen helemaal los moeten laten en alles zelf moeten laten uitzoeken. Dat lijkt namelijk te veel op de ‘laissez faire’-opvoedstijl en dat is weer het andere uiterste. Ook niet goed dus.

Wat in de opvoeding van je kind ontzettend belangrijk is, is om een goede balans te vinden tussen enerzijds betrokken zijn bij je kind en een liefdevolle relatie op te bouwen en anderzijds duidelijke afspraken met elkaar maken en een voorspelbare structuur bieden. Dat klinkt misschien tegenstrijdig, maar je zult merken dat dat in praktijk wel degelijk mogelijk is. Als je deze twee aspecten van opvoeding in een goede balans weet te brengen, zul je merken dat je je kind opvoedt tot een zelfstandig, veerkrachtig individu.

Maar hoe doe je dat…?
Hieronder vind je 3 praktische tips, waarmee je ervoor zorgt dat je enerzijds niet alles voor je kind oplost en anderzijds voorkomt dat je alles voor je kind doet, zeker niet wat je kind al zelf kan doen.
N.B. Deze tips zijn overigens vooral bedoeld voor kinderen van groep 3 t/m 8 van de basisschool en minder voor jongere kinderen.


1. Coach je kind actief, maar wel steeds meer vanaf de zijlijn
.
kinderen_voetballen_coachEen voetbalcoach moedigt zijn spelers aan om op een goede manier te voetballen. Hij legt het uit, hij oefent het met je en hij stimuleert je om het steeds weer opnieuw te proberen, totdat het de kleine voetballer uiteindelijk zelf lukt. De voetbalcoach gaat echter niet het veld op om zelf te voetballen.

Een curlingouder doet dat wel: hij ziet dat zijn kind nog niet alle kneepjes van het voetballen onder de knie heeft. Hij zet zijn kind daarom langs de kant en gaat zelf voetballen. Het kind krijgt hierdoor niet de kans om het zelf te oefenen, beter te worden en te merken dat hij het – na oefening – toch leert.

Dit lijkt misschien een wat vreemd voorbeeld, maar dat is wel wat ‘curling-ouders’ doen.

Als je graag wil dat je kind iets gaat doen of iets leert, dan is het goed om je kind daarin te stimuleren. Nadat je je kind een opdracht hebt gegeven, vraag je eerst of hij weet wat de bedoeling is. Om zeker te weten of je kind het snapt vraag je hem of hij het je kort kan uitleggen. Als je merkt dat je kind het weet en begrijpt, dan kun je het hem zelf laten doen. Als je merkt dat je kind het nog niet helemaal weet of begrijpt, dan kun je hem er meer uitleg over geven of evt. nog eens voordoen.

Jouw rol als niet-Curling-ouder:
meisjes_schenken_water_inJe rol als ‘niet-Curling-ouder’ is om na te gaan wat je kind wel/niet kan (je blijft betrokken), je denkt met je kind mee (maar je laat je kind vooral ook zelf nadenken), je geeft advies of tips (maar alleen als je kind dat nodig heeft) en je geeft je kind de kans om zelf aan de slag te gaan. Je gaat het dus niet voor je kind oplossen, maar je blijft wel aan de zijlijn toekijken hoe het gaat.
Uiteraard houd je als ouder wel in de gaten of de taak – realistisch gezien – niet te moeilijk is voor de leeftijd en mogelijkheden van je kind.

Het is goed om met je kind af te spreken dat als hij er niet uitkomt, hij weer naar jou toekomt en aangeeft wat er misgaat. Dat mag natuurlijk altijd en daar ben je ook voor als ouder. Je kunt dan samen met je kind op zoek gaan naar een oplossing. Ook hier is het weer belangrijk dat je vooral je kind laat nadenken en jij hem daarin ondersteunt. Als je het te snel voorzegt, stopt dat meteen het denkproces bij je kind.

Afhankelijk van de situatie kan het ook nog belangrijk zijn om te bespreken wat de consequentie is als je kind niet doet wat je van hem vraagt of als hij het anders aanpakt. Als je kind bijvoorbeeld beslist om niet zijn huiswerk te maken, dan is het goed om te vragen of hij weet wat er gebeurt als hij het niet maakt. Denk mee in de mogelijke consequenties. Houd ook die realistisch en overdrijf niet.


Valkuilen van een Curling-ouder:

– Probeer er vooral voor te zorgen dat je kind zelf de oplossing bedenkt (zonder dat jij die helemaal voorkauwt) en dat je kind zelf aan de slag gaat.

– Uiteraard heeft de keuze en het gedrag van je kind gevolgen en die gevolgen zijn logischerwijs voor je kind (NIET voor jou).
kind_broodtrommel_etenBijv.: Als je kind zijn huiswerk niet maakt, krijgt je kind waarschijnlijk een passende consequentie van de leerkracht. Als je kind zijn gymtas vergeet, gymt hij in zijn gewone kleren of mag hij misschien niet meedoen. Juist door een aantal keren de gevolgen van zijn eigen handelen of keuzes te ervaren, leert je kind dat het anders kan. Daardoor kan hij bij een volgende keer zelf beslissen om het toch anders aan te pakken. 


Let op: ik heb het hier natuurlijk steeds over ‘normaal gedrag’ van kinderen als ‘ik maak m’n huiswerk niet’, ‘ik kom te laat thuis uit school’, ‘ik ga stiekem op de iPad’, ‘ik heb niet geoefend voor de muziekles’, ‘ik vergeet m’n gymtas’, ‘ik treuzel te lang met het aandoen van jas en schoenen’ etc.


joyce_grijs_aanjou_1
Heb je een kleine of grote opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?
Neem dan contact met me op.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.



Als je kind jouw advies in de wind slaat… 

jongen_leest_boek_goedAls je kind niet doet wat jij hebt geadviseerd of als hij het anders aanpakt dan dat jij het zelf zou doen, dan is dat prima. Je hoeft je niet afgewezen of beledigd te voelen; dit hoort bij het normale leerproces van je kind.

Als jij zeker weet dat je het vooraf goed met je kind hebt doorgesproken, dan mag je je kind ‘loslaten’ en hem zelf aan de slag laten gaan. Als je afgesproken hebt dat als hij er niet uitkomt hij dan weer naar je toe kan komen, dan zal hij dat waarschijnlijk ook wel doen als dat nodig is. Geef je kind dus wel oprecht de kans om het zelf op te pakken en er zelf uit te komen.

Als je kind het op zijn eigen manier had aangepakt, er vervolgens toch niet uitkomt en dan bij jou om raad vraagt, probeer dan te voorkomen dat je dingen zegt als ‘zie je nou wel’ of ‘ik zei het toch’. Dergelijke opmerkingen zijn altijd onprettig om te horen en maken de kans kleiner dat je kind de volgende keer ook weer naar jou toekomt als hij er niet uitkomt.

Kortom, laat je kind leren van zijn eigen handelen en keuzes én laat hem zijn eigen fouten maken. Zorg dat je er voor hem bent als het onverhoopt toch fout gaat. 


2. Leren & Zelf doen

vader_dochter_kleuren_samenVanaf de leeftijd van 1-2 jaar, wil je kind graag alles zelf doen. Natuurlijk lukt dat dan nog niet, maar hij kan het wel stap voor stap leren. Hij leert dat doordat hij het bij jou ziet, jij het voor doet en hij het na / zelf probeert te doen. Jij ondersteunt hem daarin.

Dat laatste blijft eigenlijk nog heel lang zo, alleen worden de taken waar je kind jou voor nodig heeft anders. Als je kind jong is, help je hem met aankleden, tanden poetsen, boterham smeren etc. Als je kind ouder is, hoeft dat niet meer en kan hij die dingen zelf.

Maar ook als je kind ouder is, kan hij nog niet alles helemaal zelf. Vooral voor een goede ontwikkeling van de zg. executieve functies heeft je kind jouw hulp heel hard nodig.
Executieve functies zijn cognitieve processen, die nodig zijn voor doelgericht, efficiënt en sociaal aangepast gedrag. Denk dan aan inhibitie, flexibiliteit, emotieregulatie, initiatief nemen, werkgeheugen, plannen & organiseren, ordelijkheid & netheid, gedragsevaluatie en taken afmaken.

jongen_plannen_klok_kalenderExecutieve functies zijn processen, die niet alleen op school maar ook thuis van groot belang zijn. In praktijk betekent dat dat je kind jou nodig heeft om er aan te denken dat hij zijn broodtrommel, drinkbeker en gymtas mee naar school moet nemen (plannen & organiseren), om te plannen wanneer het het beste zijn huiswerk kan maken (plannen & organiseren), om te leren wanneer hij hardop kan praten en wanneer niet (inhibitie), om  te leren dat hij niet mag slaan als hij boos op iemand is (inhibitie & emotieregulatie), hoe hij netjes kan reageren als hem iets niet lukt (emotieregulatie), hoe hij iets moet leren & onthouden (werkgeheugen), welke afspraken jullie ook alweer gemaakt hebben (werkgeheugen), hoe hij zijn kamer netjes opruimt (ordelijkheid & netheid) etc.

In een uitgebreid voorbeeld hieronder geef ik je enkele praktische tips over hoe je je kind daarin kunt steunen zonder het helemaal van hem over te nemen.

3. Verantwoordelijkheid geven & Op de koffie laten komen
meisjes_bakken_keukenAls je bovenstaande punten in acht hebt genomen en je samen met je kind hebt doorgenomen wat de bedoeling is, samen duidelijke afspraken hebt gemaakt en die ook nog eens vaker hebt herhaald, dan is het natuurlijk aan je kind om te bepalen wat hij er vervolgens mee doet. Je moet het als ouder op een gegeven moment loslaten en aan je kind overlaten.

Gaat je kind aan de slag met je advies en volgt het jullie afspraken?
Dat is hartstikke fijn en dat mag hij van jou horen. Geef je kind dan een welgemeend compliment. Niks is zo fijn om te horen dat je goed bezig bent, zeker van je ouders. Soms stagneert je kind in de uitgezette aanpak en dan heeft hij jou weer even nodig om weer op het goede pad te komen. Dat mag natuurlijk (maar neem ook nu de taak niet van je kind over).

Doet je kind weinig tot niks met jouw advies en volgt hij jullie afspraken niet op? 
Dan is dat eigenlijk ook prima. Zijn handelen en zijn keuzes hebben automatisch een consequentie en die consequentie is natuurlijk voor je kind. Als ‘curlingouder’ kan dit een lastige stap voor je zijn, juist omdat je je kind wil behoeden voor tegenslag. Toch kan de consequentie van iets ‘niet doen’ of ‘anders doen’ een belangrijk leermoment zijn.

Dat betekent in praktijk dat je ’s ochtends – voordat je kind naar school gaat – je kind best mag herinneren aan de gymtas, maar dat je de tas niet na gaat brengen als je kind ‘m toch vergeet. Dan maar een keer in de gewone kleren of niet mee gymmen. De kans wordt daardoor groter dat je kind er de volgende keer wel aan denkt.
Let er wel op dat de consequentie van ‘iets vergeten’ niet te groot moet zijn. Het is belangrijk dat de consequentie redelijkerwijs in verhouding staat tot wat je kind vergeet.

Realiseer je dus dat je kind leert van tegenslag en van de gevolgen van zijn eigen gedrag. Als je je kind blijft behoeden voor tegenslag, leert hij niet dat hij het de volgende keer anders moet aanpakken. Als je het in zo’n situatie voor hem oplost, leert hij juist dat jíj het wel voor hem oplost. Als je kind een paar keer op de koffie komt, zal hij zich vroeg of laat realiseren dat hij zijn eigen aanpak zal moeten veranderen.

gezin_huishoudelijke_klusjes_samenAls je merkt dat het voor je kind nog echt lastig is om dit soort taken te plannen, dan heeft je kind op dat gebied voorlopig nog wat meer hulp nodig. Plannen is ook nog een moeilijke vaardigheid voor kinderen, zeker op de basisschool (de ontwikkeling van de executieve functies loopt nog door tot in de jong volwassenheid; ong. 24 jaar). Je mag als ouder dus niet verwachten dat je kind al zo goed kunnen plannen als een volwassene of dat hij al zo goed als jou kan overzien wanneer hij wel/niet zijn huiswerk het beste kan maken. Om je kind dat goed te leren is het goed om dat nu nog samen met je kind op te pakken. Maar ook dit doe je weer op een ondersteunende manier en niet door alles voor te doen of voor te zeggen. In het voorbeeld hieronder lees je hoe je dat kunt aanpakken.

EXTRA TIP: Ondersteun de executieve functies van je kindmeisje_denkt_na

Planning: werk met lijstjes en pictogrammen die je in huis ophangt.

Inhibitie, emotieregulatie en ordelijkheid & netheid: leg je kind regelmatig uit wat er wel/niet kan in welke situatie én geef natuurlijk het ‘goede voorbeeld’. Je kind wil best aannemen wat je zegt, maar leert ook heel veel van wat jij zelf doet.

Realiseer je dat je kind géén kleine volwassene is. Je kind weet misschien nog niet precies hoe hij zijn kamer moet opruimen, maar kan dat wel leren. Wees specifiek in je opdracht: ‘ruim je kamer op’ is erg algemeen; beter is: ‘doe alle auto’s in deze doos’ of ‘zet alle boeken rechtop in die kast’. Realiseer je ook dat wat jij verstaat onder ‘een opgeruimde kamer’ voor je kind anders kan zijn. Als jij graag wil dat je kind opruimt zoals jíj dat wil, dan heeft hij jouw uitleg gewoon nodig.

Hoe je je kind verder nog kunt helpen zonder te ‘Curlen’
Om een kind iets te leren, is het nodig om het hem eerst rustig uit te leggen en het daarna vaak genoeg te herhalen. Het geheugen van je kind werkt nou eenmaal nog niet zo goed als dat van volwassenen. Ook dat blijft zich nog ontwikkelen in de kinder- en adolescentietijd. Jouw kind heeft dus echt nog jouw uitleg én herhaling nodig. Hoe vervelend dat voor jou als ouder soms ook kan zijn…


joyce_rosegrijs_staand_c

Wil je graag een thema-avond over opvoeden bijwonen?
Kijk dan in Joyce’ online Agenda voor een workshop, lezing of OpvoedParty bij jouw in de buurt.

Wil je Joyce graag uitnodigen om een thema-avond over opvoeden te geven?
Kijk dan hier voor mogelijke thema’s en/of neem contact met haar op.



Een uitgebreid voorbeeld, waarin deze punten samenkomen:

Voorbeeld: Je kind heeft huiswerk van school. 
Positive mother and boy resting in the kitchenBetrokkenheid tonen: Vraag aan je kind of hij huiswerk heeft en wanneer het af moet zijn.

Plannen: Neem samen met je kind de week door en bekijk op welke dag het het handigste is om het huiswerk te maken. Let daarbij ook op de andere afspraken die je kind heeft (zoals voetbaltraining, muziekles, zwemles etc.) en zoek naar dagen waarop er niks of weinig op het programma staat.

Afspraken maken: Spreek af wanneer hij het huiswerk gaat maken.

Als de agenda van je kind te vol is om dit goed in te plannen, dan wordt het natuurlijk tijd om ruimte te maken in zijn agenda. Kijk dan eens kritisch naar alle activiteiten die je kind na school heeft en of daar niet beter wat van moet komen te vervallen.

TIP: Maak samen met je kind een weekplanner, waarin de vaste activiteiten staan.
Laat je kind daar vervolgens zelf in opschrijven wanneer hij het huiswerk maakt.

Herinneren: Op de dag dat hij zijn huiswerk gepland heeft, mag je je kind er best een enkele keer aan herinneren. Dwing je kind echter niet om aan de slag te gaan. Daar is je kind zelf verantwoordelijk voor.
Je mag er trouwens niet van uit gaan dat je kind de planning helemaal zelf overziet, dus je kind enkele keren aan zijn taken herinneren is echt geen probleem.

Eindtijd 1: Als je je kind aan zijn huiswerk (of een andere taak) herinnert, dan geef je hem meteen een eindtijd aan. Die eindtijd kan bijvoorbeeld het tijdstip zijn waarop hij naar bed gaat. Na dat tijdstip wordt er geen huiswerk meer gemaakt. Houd je vervolgens aan die afspraak.

klok_taken_planning_kind_routineEindtijd 2: Als je kind aan het huiswerk begint, geef je ook nog een andere eindtijd aan, namelijk de tijd waarin je kind het huiswerk maakt. Je kind hoeft er echt geen uren aan te besteden; vaak is een half uur of een uur al voldoende.

Om je kind ook hier weer meer handvaten te geven en zelf in de gaten te laten houden hoeveel tijd hij nog heeft, kun je dat visueel maken met behulp van een klok (zie afbeelding). Je kunt ook een eierwekker zetten, die de duur bepaalt. Laat jonge kinderen niet te lang aan een stuk aan hun huiswerk zitten; als de planning het toelaat, mag je het best over een aantal dagen verspreiden.

Helpen: Als je kind wat hulp nodig heeft bij het maken van zijn huiswerk, dan mag je dat best bieden. Let er alleen op dat je het niet voorzegt en zorg er ook hier weer voor dat je kind vooral zelf nadenkt en het zelf probeert op te lossen. Realiseer je ook dat je kind het huiswerk niet foutloos hoeft in te leveren.

jongen_maakt_huiswerk_lampGevolgen: Als je bovenstaande punten als ouder netjes hebt gedaan en je kind heeft het huiswerk toch niet af, dan zijn de consequenties daarvan voor je kind. Jij hebt er nu als ouder alles aan gedaan om je kind zijn huiswerk te laten maken, maar daarna is het echt aan je kind.
Heb nu het vertrouwen in de leerkracht, dat hij je kind een waarschuwing of een passende consequentie geeft. Door deze aanpak wordt de kans groter dat je kind zijn huiswerk de volgende keer wél maakt of minder lang uitstelt.

Mogelijke valkuil: Uiteraard ga je in geen enkel geval het huiswerk voor je kind maken, ook niet als hij het op een gegeven moment door tijdgebrek niet meer haalt. Als je namelijk weet dat hij er door de week in principe genoeg tijd voor heeft gehad en jij hem er 2-3 keer aan herinnerd hebt, dan moet dat voor je kind voldoende zijn.

⇒ Met deze aanpak geef je je kind langzaam maar zeker de verantwoordelijkheid om zelf op tijd aan zijn huiswerk te maken én om het daadwerkelijk af te maken. Deze aanpak kun je uiteraard ook op andere taken of handelingen toepassen.


Wil jij ook Joyce’ waardevolle opvoedtips ontvangen? tip_gezinHelemaal gratis en vrijblijvend. Klik dan hier.

Cadeau: Kort na je aanmelding van het e-zine ontvang je Joyce’ E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’ als cadeau. Dat is dus ook helemaal gratis en vrijblijvend. Je leest er hier meer over.


Wil je graag reageren op dit artikel? Dat mag!
Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!

Heb je vragen over dit thema, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?
Neem dan contact met me op. Je vindt m’n contactgegevens hieronder.
joyce_rosegrijs_staand_c

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2019 – 2021. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.
Geschreven door Joyce Akse van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.

Klik hier voor je dagelijkse portie OpvoedInspiratie.

Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle opvoedtips: 
– ‘Positief opvoeden: Start je opvoeding goed met deze 5 stappen.’ Klik hier.
– ‘Laat dat nou!’ (over: 5 opvoedvalkuilen waar we allemaal intrappen én waardoor opvoeden onbedoeld lastiger wordt). Klik hier.
– ‘Stop met schreeuwen!’ (over: Hoe je in 5 stappen minder schreeuwt tegen je kind.)Klik hier. Klik hier.
– ‘Ach, het is maar een fase.’ (over: Hoe jouw verwachtingen over je kind je opvoeding in de weg kunnen zitten.). Klik hier.
Klik hier voor meer waardevolle opvoedtips van Joyce, bijv. over (niet) willen luisteren, slapen of eten ed.

Artikelen, gelezen / gebruikt voor bovenstaand artikel: 
– ‘Kinderen met burn-out, hoe kan dat? De curlingouder pampert te veel!’ [ Link naar dit artikel. ]
– ‘Curlingouders, stop met het wegpoetsen van obstakels voor je kind’ [ Link naar dit artikel. ]
– Leclaire, A. (2017).  Gun je kind ook eens een teleurstelling. NRC. [ Link naar dit artikel. ]
– ‘BRIEF Vragenlijst executieve functies voor 5- tot 18-jarigen.’ [ Link naar dit artikel. ]
– ‘We pamperen onze kinderen als prinsesjes in IKEA-ballenbakken’. [ Link naar dit artikel. ]

logo_akse_coaching_klein_nieuw

Ga (terug) naar de website van Akse Coaching: http://www.aksecoaching.nl.

‘Help, mijn kind is een lastige eter! Wat nu?’ | 5 do’s & don’ts (Interview op L1 Radio)

meisje_bord_meisje_erwtjes_tongOp uitnodiging van L1 Radio mocht ik in het programma van Ruud en Kris (dd. 8-9-’16) vertellen over hoe je je kind leert om iets te eten wat hij niet lekker vindt.

Hieronder probeer ik de essentie van het radio-interview samen te vatten en waar nodig uit te breiden met aanvullende informatie (o.a. gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek). Onderaan dit blog vind je de verwijzing naar de websites, die ik voor de informatie van dit blog heb gebruikt.

logo_radio_l1_live
Joyce gaf een interview op L1 Radio over dit thema.
De link naar dat interview vind je onderaan dit artikel.



THEMA: ‘Help, mijn kind is een lastige eter! Wat nu?’ | 5 do’s & don’ts

In het artikel hieronder heb ik het – in verband met de leesbaarheid – steeds over het kind, hij, hem en zijn. Maar ik heb het uiteraard net zo goed ook over meisjes. Kortom: waar je de ‘mannelijke verwijzing’ tegenkomt, kun je net zo goed ook zij of haar lezen.

moeder_voert_zoon_groente

Het komt vaak voor: kinderen die moeilijk eten. Ze eten bijvoorbeeld te weinig, waardoor je je als ouder afvraagt of ze wel goed genoeg kunnen groeien. Ze eten alleen maar hele specifieke dingen, maar nagenoeg geen groente, waardoor je je afvraagt of ze wel gevarieerd en gezond genoeg eten. Je wil zo graag dat je kind gezond, genoeg en gevarieerd eet, omdat je weet dat je kind daar goed van groeit en zich daardoor goed kan ontwikkelen. Maar je kind wil dat gewoon niet… En dat levert onherroepelijk een grote strijd op aan tafel.

Gelukkig is er een aantal stappen, dat je als ouder kunt zetten, waardoor het gezelliger wordt aan tafel, de machtsstrijd verdwijnt én je kind beter gaat eten. Hieronder lees je eerst 5 dingen die je beter wél kunt doen en daarna 5 dingen die je beter achterwege kunt laten, zodat je dat voor elkaar krijgt.

5 DO’s: Wat kun je beter wél doen? 

1. Blijf alle producten of ingrediënten, die je kind niet wil eten, gewoon aanbieden.
Om iets te leren eten, moet je het kunnen proeven. Als je kind het niet kan proeven, is de kans klein dat hij het ooit gaat eten. Blijf dus alle voedingswaren, producten of ingrediënten, waarvan je graag wil dat je kind ze gewoon gaat eten, aanbieden.

2. Proeft je kind, dan mag de vlag uit.
meisje_proeft_eten_bij_voorbereidingZorg ervoor dat je kind steeds min. één hap proeft van wat er op tafel komt, dus ook van wat hij niet lekker vindt. (En met proeven bedoel ik: in de mond doen, kauwen, doorslikken). Eén hap is op zich natuurlijk erg weinig, maar in het begin van het leerproces wel genoeg; stel jouw eigen verwachtingen dus bij naar beneden. De reden hiervan is dat je – om iets te leren eten – klein moet beginnen; vandaar dat je aanvankelijk heel weinig geeft. Dat mag na 3-4 keer natuurlijk steeds iets meer worden.
Zodra je ziet dat je kind van iets proeft dat hij normaalgesproken niet gegeten zou hebben of als hij er meer van eet dan voorheen, geef je kind dan een welgemeend compliment. Ook al was het (in jouw ogen) misschien maar een klein hapje; voor je kind is het een hele prestatie en een grote stap in de goede richting. Waardeer dat dus ook op die manier.


joyce_grijs_aanjou_1
Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat niet goed eet, slaapt of naar je luistert? Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?

Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.

Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.


3. Eet op vaste momenten.
Zorg ervoor dat je kind 3 hoofdmaaltijden (dus ontbijt, lunch & warme maaltijd) en max. 2-4 tussendoortjes per dag heeft. Tussen deze eetmomenten krijgt je kind niks te eten, snoepen of drinken (behalve water, thee of sap zonder suiker). Als je kind bij één van de hoofdmaaltijden weinig of niks gegeten heeft, voorkom dan dat je hem dat laat inhalen tijdens de tussendoortjes. De porties van de hoofdmaaltijden of tussendoortjes zijn dan ook iedere dag nagenoeg hetzelfde. Je kind gaat namelijk eten als hij honger heeft (heeft je kind meer honger, dan zal hij meer willen eten en wordt de kans groter dat hij ook eens gaat proeven van iets dat hij anders niet snel zou eten).

4. Laat je kind meehelpen met de voorbereidingen.
moeder_dochter_samen_koken_2Laat je kind meegaan naar de winkel en laat hem (binnen door jou gestelde grenzen) kiezen wat jullie gaan eten. Bijv. ‘Wil je vanavond liever broccoli of erwtjes eten?’
Het mag duidelijk zijn dat het hier dus niet gaat om een keuze tussen frietjes en groente…

Je kind kan ook helpen bij het schoonmaken van de groente en aardappels. Als je kind al wat ouder is, kan hij helpen met de verdere bereiding van het eten.  Dit nodigt je kind ook ongemerkt uit om eens te proeven van de ingrediënten waar hij mee bezig is. Dat kun je natuurlijk tijdens het koken ook zelf eens voorstellen, maar dat hoef je niet te dwingen.

5. De aanhouder wint, dus houd vol!
Om bepaalde voedingswaren of ingrediënten te leren waarderen, is het vaak nodig om het min. 10-15 keer geproefd te hebben. Dat betekent dat je kind dus eerst zo’n 15 keer witlof, erwtjes of spruitjes gehad moet hebben, voordat het het kan waarderen.
Bedenk ook dat je niet iedere dag witlof of erwtjes eet, maar misschien slechts 1x per week. Dat betekent dus ook dat er 10-15 weken overheen gaan, voordat je kind witlof of erwtjes leert eten. En dat betekent niet dat je kind na die tijd die groentes ineens ontzettend lekker vindt, maar wel dat je kind ze zonder al te veel problemen zal eten.

En zo zijn er nog vele andere factoren te noemen, die er ook voor kunnen zorgen dat je kind gezonder, gevarieerder en meer (of juist minder) gaat eten. Denk dan bijv. aan: maak het gezellig aan tafel, zet gezond eten zichtbaar in de keuken, berg ongezond eten op in een kast waar je kind niet bij kan (of haal geen ongezond eten meer in huis), geef het goede voorbeeld, eet zelf zoals je wil dat je kind eet ed.


Online cursus ‘Stop de Strijd aan Tafel’
Vraag nu deze GRATIS online cursus aan en leer in 3 lessen de 10 belangrijkste ingrediënten én 15 praktische tips om je kind beter te laten eten. Je ontvangt o.a. 40 minuten aan videomateriaal met waardevolle informatie. Deze cursus is speciaal bedoeld voor ouders van een kind in de leeftijd van 1-12 jaar.
Aanvragen is eenvoudig: stuur een e-mail naar joyce@aksecoaching.nl en zet de naam van deze cursus in het onderwerp. Je ontvangt de cursus na korte tijd in je eigen mailbox.
Klik hier voor meer informatie over deze online cursus.
fb_cursus_stop_de_strijd_aan_tafel


5 DON’Ts: Wat kun je beter NIET doen?

1. Je kind dwingen om te eten.
kind_dwingen_om_te_etenHet is geen goed idee om je kind te dwingen om (meer) te eten. We zijn van oudsher gewend om te zeggen ‘eet je bord leeg’, ‘eet nu nog 3 hapjes’ of om het speels aan te bieden met ‘een hapje voor mama’… Daarmee ga je helemaal voorbij aan het hongergevoel van je kind. Je weet als ouder namelijk niet hoeveel honger je kind nog heeft. Je mag er van uit gaan dat je kind gaat eten zodra hij honger heeft.
Je kunt je kind wel attent maken op z’n hongergevoel. Bij jonge kinderen kun je bijv. vragen of ze nog eens goed ‘naar hun buik kunnen luisteren’, dan weten ze (na een tijdje) vanzelf of ze nog honger hebben of niet. Als je kind bij een maaltijd weinig of niks gegeten heeft, dan pak je het bord weg op een moment dat het redelijkerwijs genoeg tijd heeft gehad om te eten.

2. Aandacht geven aan vervelend eetgedrag
Kinderen zijn heel creatief in aangeven dat ze eten niet lekker vinden of het gewoon niet willen eten. Ze duwen bijv. tegen het bord, gooien het bord van de tafel of ze gooien het eten in de gordijnen, ze gaan schreeuwen, huilen, kokhalzen etc. Het probleem is echter dat als je hier als ouder aandacht aan schenkt, de kans alleen maar groter wordt dat dàt gedrag erger wordt. Het is dan ook het beste (maar meteen ook heel moeilijk) om juist totaal geen (!) aandacht te schenken aan dat vervelende gedrag. Schenk alleen aandacht aan het positieve eetgedrag dat je van je kind ziet.

3. Voor de tv eten
gezin_eet_voor_tvZorg ervoor dat iedereen voldoende aandacht heeft voor zijn eten. Als je voor de tv eet, dan let je niet goed genoeg op op wat er precies op je bord ligt en heb je ook minder aandacht voor de hoeveelheid die je eet. Kinderen kunnen dan bijv. minder of juist meer gaan eten dan waar ze eigenlijk behoefte aan hebben.


joyce_rosegrijs_staand_c

Wil je graag een thema-avond over opvoeden bijwonen?
Kijk dan in Joyce’ online Agenda voor een workshop, lezing of OpvoedParty bij jouw in de buurt.

Wil je Joyce graag uitnodigen om een thema-avond over opvoeden te geven?
Kijk dan hier voor mogelijke thema’s en/of neem contact met haar op.


4. Toetje als beloning
Door te zeggen dat je kind alleen een toetje krijgt als hij zijn groente heeft gegeten of z’n bord heeft leeggegeten, geef je onbedoeld de boodschap af dat je kind eerst dat ‘niet lekkere’ moet opeten, voordat hij het lekkere krijgt. Vandaar de stelregel: als iedereen aan tafel een toetje eet, krijgt iedereen een toetje (dus ook degene die weinig of niks van de hoofdmaaltijd heeft gegeten).

5. Reageren op vervelende opmerkingen over het eten.
meisje_kijkt_vies_naar_spruitje_op_vorkJe hoort het je kind zo zeggen: ‘vind ik niet lekker’, ‘lust ik niet’ of ‘blèèèèèèh’. Kinderen zeggen soms iets om (onbewust) te zien welke reactie dat bij jou uitlokt. Dat hoeft in principe nog niet te betekenen dat hij het ook echt niet lekker vindt (kan uiteraard wel). Bij dit soort opmerkingen volstaat het dan ook om te zeggen ‘ok’. Niets meer, niets minder. Je geeft hiermee aan dat je gehoord hebt wat je kind zei, maar je gaat er verder niet op in. Laat je ook niet uit de tent lokken om toch verder te reageren.
Als je de do’s & don’ts van hierboven uitvoert, dan is voor je kind duidelijk dat hij zo meteen één hap gaat proeven van wat hij (misschien) niet lekker vindt, welke opmerkingen hij ook over het eten maakt…

Ook hier kun je nog veel andere punten noemen, die je beter niet kunt doen. Zoals: voor ieder gezinslid iets anders te koken, je kind de hele avond aan tafel laten zitten om z’n bord leeg te laten eten.

Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!

En als je kind alsnog weigert om dat ene hapje te proeven…?
Neem dan contact met me op, zodat we een kennismakings- / intakegesprek kunnen afspreken. We kijken dan specifiek naar jullie eigen situatie en gaan op die manier uitzoeken wat er precies aan de hand is en hoe we er toch voor kunnen zorgen dat ook jouw kind genoeg, gezond(er) en gevarieerd(er) gaat eten.


tip_gezinWil jij ook Joyce’ nieuwste OpvoedTips lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen? 
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.

Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.


joyce_rosegrijs_staand_cHeb je vragen over dit thema, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag? Neem dan contact met me op.

Met vriendelijke groet,
Joyce Akse

Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl

© 2016-2019. Joyce Akse/Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.

Geschreven door Joyce Akse van Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies.

KLIK HIER voor je dagelijkse portie OpvoedInspiratie.

Joyce gebruikte o.a. de volgende referenties voor dit artikel:
Zie de referenties in de hieronder genoemde artikelen.

Lees verder over gerelateerde thema’s: 
– ‘Mijn kind eet zo slecht. Moet ik me zorgen maken?‘ [Interview met eetexpert drs. Eline de Haan]
– ‘Vind ik niet lekker!‘ (Over jouw rol aan tafel en hoe jij er voor kunt zorgen dat je kind beter eet.)
– ‘Aan tafel!’ (1) ‘Hoe maak je het weer gezellig aan tafel als je kind niet goed eet?’. Klik hier
‘Snoep, snoep en nog eens snoep’ (over: Hoe je een eind maakt aan het gezeur over snoep.). Klik hier.
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over (niet) luisteren, eten of slapen.

Luister naar L1 Radio.

logo_akse_coaching_groot_nieuwGa (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.