Toen je kindje nog een baby (0-1 jaar) was, ging het allemaal eigenlijk heel gemakkelijk. Af en toe waren er wel wat dingetjes waar je even wat mee moest, zoals de hapjes die je baby niet meteen wilde eten of het doorslapen dat niet meteen wilde lukken, maar over het algemeen viel het reuze mee. Ook als dreumes (1-2 jaar) had je weinig met je kindje te stellen. Je kindje deed over het algemeen wel wat je zei, hij vond het fijn om je te helpen, om met je te kletsen, om me je te spelen en hij knuffelde je graag. Het was echt een lieverd!
Nu je kindje echter de peuterleeftijd (2-3 jaar) heeft bereikt, lijkt alles ineens heel anders. Natuurlijk is je kindje nu ook nog wel lief, maar sommige situaties zijn echt een stuk lastiger. Het is niet vanzelfsprekend meer dat je kindje meteen naar je luistert. Hij kan ook soms om onverklaarbare redenen een driftbui krijgen. Hij huilt soms heel hard, terwijl je niet goed begrijpt wat er nou aan vooraf ging. Verder wil hij op de gekste momenten van alles ‘zelluf’ doen, terwijl hij dat nog helemaal niet kan. Als je aanbiedt om te helpen, dan mag dat echt niet. Maar ondertussen is hij wel enorm gefrustreerd als het hem inderdaad niet lukt. Wat is er toch met hem aan de hand…?
De kans is groot dat je kind midden in de peuterpuberteit zit.
Op deze jonge leeftijd gebeurt er ontzettend veel met je kindje en daar staan we als ouder vaak helemaal niet bij stil. Je kindje ontwikkelt zich op allerlei gebieden en dat gaat in rap tempo. Je kunt je misschien wel voorstellen dat het voor je kindje ook niet allemaal even makkelijk is.
⇒ Hieronder vind je een overzicht van wat je kindje allemaal leert en wat daar voor je kindje (en jou) lastig aan is. Per domein geef ik je steeds één praktische tip om direct thuis toe te passen én geef ik je één leestip voor als je verder wil lezen over dat specifieke onderwerp. Onderaan het artikel geef ik je nog 5 extra opvoedtips. Op basis van deze informatie én tips leer je je peuter en zijn frustratie, boosheid en emoties niet alleen beter begrijpen, maar kun je er ook op een positieve manier op reageren. Daar komen ze…
(1) De sociale ontwikkeling van je peuter:
Kinderen vinden het doorgaans heel fijn om met andere kinderen te spelen. Bij jonge peuters is dat vaak nog niet echt ‘samen’ spelen, maar eerder naast elkaar spelen. Naarmate je kindje ouder wordt, zal hij ook steeds meer echt samen spelen met andere kindjes.
Kinderen leren van het omgaan met anderen, van volwassenen én van andere kinderen. Kinderen kijken naar elkaar, imiteren elkaar en leren zo nieuwe vaardigheden of nieuwe spelletjes. Vandaar dat het voor de sociale ontwikkeling van je kind belangrijk is om hem van jongs af aan met andere kinderen te laten spelen.
TIP: Wacht niet om je kindje met andere kinderen te laten spelen totdat hij naar de basisschool gaat. Spreek nu al regelmatig af met ouders van jonge kinderen uit de buurt, met vrienden die zelf ook jonge kinderen hebben of meld je kind aan voor de kinder- of peuteropvang. Op die manier krijgt je kindje de kans om te leren samen spelen.
Verder lezen: Lees m’n artikel ‘Hoe leer je je kind om rekening te houden met anderen?‘.
(2) Egocentrisme: Je peuter is bijzonder egocentrisch ingesteld.
Jonge kinderen zien de wereld vooral vanuit hun eigen standpunt. Ze zijn heel erg egocentrisch ingesteld en kunnen zich nog niet verplaatsen in het standpunt van een ander. Voor je peuter betekent dat wanneer hij iets wil, hij dat onmiddellijk wil. Hij houdt er geen rekening mee of het op dat moment kan en of jij dat als ouder wel goed vindt. Hij wil het hebben (of doen) en hij wil het nu!
Je kindje kan ook nog niet inschatten dat een ander iets zou ‘kunnen willen’. Je peuter denkt echt alleen nog maar vanuit zichzelf: ‘ik wil dat speeltje nu’ en houdt er geen rekening mee dat het andere kindje al een tijdje heel leuk met dat speeltje aan het spelen is en het vervelend kan vinden dat hij het van hem afpakt. Met alle gevolgen van dien…
TIP: Ga bij je kindje zitten als het samen met een ander kindje speelt en leg uit wat er gebeurt; ‘ondertitel’ het, als het ware. Leg uit dat je kind niet zo maar iets mag afpakken, maar dat hij het wel eerst kan vragen. Als het kindje het dan afgeeft, dan mag hij het hebben. Zo niet, dan moet hij wachten totdat het kindje ermee klaar is. Doe voor wat ‘om de beurt’ is en wat ‘samen spelen’ precies inhoudt.
Verder lezen: Lees m’n artikel ‘Samen spelen, samen delen‘.
(3) Je peuter wordt langzaam maar zeker zindelijk.
Veel kinderen worden als peuter zindelijk. Dat betekent dat ze actieve controle krijgen over hun eigen blaas en darmen. Natuurlijk gebeuren er ook wel eens ongelukjes, die tot frustratie en boosheid kunnen leiden; niet alleen bij je kind, maar ook bij jou als ouder. Realiseer je dat alle kinderen in hun eigen tempo zindelijk worden. Het is nergens voor nodig om het te overhaasten. Ook jouw kindje zal na verloop van tijd zindelijk zijn.
TIP: Stel je tijdens en na de zindelijkheidstraining in op ongelukjes. Ga er van uit dat ze gaan gebeuren. Dat is helemaal niet erg en ze horen er echt bij. Het ene kind heeft er meer last van dan het andere. Zorg er voor dat je als ouder niet boos, maar er juist rustig op reageert. Bij een ontspannen aanpak zonder strijd leert je kindje op een fijne manier om zijn blaas en darmen te beheersen en om op zichzelf te vertrouwen.
Verder lezen: Wil je graag checken of je kindje wel / niet klaar is om zindelijk te worden? Klik dan hier om een korte test te doen.
Wil je graag starten met het stimuleren van de zindelijkheid van je kind of merk je dat het nog best moeilijk is om je kindje zindelijk te maken (of te houden)? Lees dan meer over mijn cursus ‘Tijd voor Zindelijkheid’.
Maak je je zorgen over je kind (0-16 jaar) dat niet goed luistert, slaapt of eet? Of heb je een andere opvoedvraag, waar je graag een antwoord of oplossing voor wil?
Lees dan hier wat ik voor je kan doen om dat op te lossen.
Wil je eerst meer over mij en m’n bedrijf weten?
Lees dan hier meer over m’n achtergrond.
(4) De spraak- / taalontwikkeling van je peuter:
Gemiddeld genomen zeggen kinderen rond hun eerste jaar hun eerste woordje. Meestal is dat ‘papa’ of ‘mama’. Ze leren daarna steeds meer woordjes. Je ziet dat ze op deze leeftijd ook nog regelmatig gebruik maken van non-verbale communicatie; door te wijzen of een bepaalde gezichtsuitdrukking weet je als ouder vaak al wat je kindje bedoelt.
TIP: Om de taal- / spraakontwikkeling van je kindje te stimuleren kun je bijvoorbeeld steeds benoemen wat je doet, benoemen wat je pakt of benoemen wat je aan je kindje geeft. Op die manier leert je kind steeds beter wat de klanken die hij van jou hoort betekenen en koppelt hij ze aan voorwerpen, kleuren, vormen ed. Daarna zal hij het ook steeds vaker zelf proberen te zeggen.
Verder lezen: Lees het artikel ‘5 tips om nóg beter met je baby, dreumes en peuter te communiceren‘ (gastbijdrage van Esther Sluijsmans).
(5) Motorische ontwikkeling van je peuter: Lekker bewegen.
Ook op dit gebied zet je kindje letterlijk en figuurlijk grote stappen. Hij begint met een paar losse stapjes en dat worden er langzaam maar zeker steeds meer. Hij leert ook te springen, te rennen, met een bal te gooien en te vangen, tegen een bal te schoppen of zijn evenwicht te bewaren. Als je kindje wat ouder is, leert hij ook te hinkelen, huppelen of koprollen. Je kunt hem op dit gebied doorgaans goed stimuleren en aanmoedigen. Kijk wat je kindje kan / wil doen en probeer hem er – indien nodig – bij te helpen of doe het hem vaker voor.
TIP: Geef je kindje de mogelijkheid om veel te bewegen en om lekker actief te spelen. Juist door te doen, leert je kindje op deze leeftijd enorm veel. Laat je kindje ook dagelijks buitenspelen (bij voorkeur 2 uur per dag). Dat kan in je eigen tuin of in een speeltuin bij jou in de buurt. Aangezien peuters nog geen gevaar zien, is het wel belangrijk om een oogje in het zeil te houden.
Verder lezen: Lees ook m’n artikel ‘Is het erg als kinderen niet buiten spelen? (Interview op L1 Radio)‘.
(6) Emotionele ontwikkeling van je peuter: Driftbuien.
Je kind leert steeds beter wat zijn emoties zijn. Hij gaat er ook – onbewust – steeds meer mee experimenteren. Hij zal meer momenten hebben van groot verdriet en heftig huilen; ook merk je nu dat je kind soms ineens heel bang kan zijn (denk aan bang voor honden, spoken, monsters, heksen etc.).
Ook boosheid kan op deze leeftijd in alle heftigheid voorbijkomen. Vooral tussen 15 maanden en 3 jaar hebben de meeste kinderen last van ongecontroleerde uitbarstingen, de zg. driftbuien. Wat je dan aan je peuter merkt of ziet, is dat hij plots ongeduldig wordt, geen teleurstelling kan verdragen of geen ‘nee’ van jou kan horen. Met andere woorden: je peuter zou het liefst zijn eigen gang gaan, maar dat kan op dat moment niet. Als reactie barst je kindje in woede (of tranen) uit en gaat flink tegen je te keer. Sommige peuters gaan dan schreeuwen, krijsen, slaan, schoppen of houden een tijdje hun adem in (‘breath holding spells’).
TIP: Op het moment van een driftbui heeft je kind jou nodig om zijn emoties onder controle te krijgen en om tot bedaren te komen. Daarom is het ontzettend belangrijk dat jij rustig blijft op het moment dat je kind een driftbui heeft. Houd hem dan in de gaten (evt. op een afstandje), zodat hij zichzelf niet (onbedoeld) pijn gaat doen.
Verder lezen: In m’n artikel ‘M’n kind heeft vaker driftbuien. Wat nu?’ lees je meer praktische tips over hoe je met een driftbui omgaat.
(7) Eten: Bang voor nieuwe dingen
Jonge kinderen kunnen soms bang zijn / worden voor nieuwe dingen; dat noemen we ‘neofobie’. Ze willen dan ineens niet meer eten; ze weigeren dan bijvoorbeeld om iets te eten dat ze niet kennen. Als je daar als ouder te veel in meegaat of als je je kind niet op een positieve manier stimuleert, dan zie je vaak dat kinderen steeds meer eten gaan weigeren. De maaltijd mondt uit in een machtsstrijd tussen ouder en kind. De gezelligheid aan tafel is dan ver te zoeken.
TIP: Voorkom dat je je kind gaat dwingen om toch iets te eten. Dwingen werkt helaas averechts. Houd oog voor wat je kind wél goed doet aan tafel en benoem dat. Als je kind weet wat hij goed doet, dan is de kans groter dat hij dat opnieuw of vaker zal gaan doen.
Verder lezen: Lees m’n artikel ‘10 basistips om je kind of tiener beter te laten eten (incl. praktische tips)’.
(8) Slapen: Dutjes & monsters
Slapen is op alle leeftijden heel belangrijk, dus ook voor je peuter. Ook op dit gebied van slaap verandert er van alles voor je kind: je jonge peuter gaat van twee naar één dutje en je oudere peuter gaat van één naar geen middagslaapje. Kort na zo’n verandering zal je kindje eraan moeten wennen dat hij wat minder slaap krijgt. Dat betekent niet alleen dat je kindje sneller of vroeger moe is, maar ook dat je kindje minder kan verdragen of prikkelbaarder is. Een mogelijk gevolg is dat een drift- of huilbui sneller kan optreden.
Daarbij is het voor je peuter nog bijna onmogelijk om feit en fictie uit elkaar te halen. Het heeft nog zo’n levendige fantasie dat het echt gelooft dat er een krokodil onder zijn bed ligt of dat er monsters / heksen op zijn kamer zijn. Je kind kan daar echt heel erg bang van worden.
TIP: Het heeft geen zin om te zeggen dat je kind zich ‘niet moet aanstellen’ of dat monsters / heksen niet bestaan. Voor je kindje bestaan ze namelijk wel en zijn ze echt. Hij gelooft er echt in (‘magisch denken‘). Neem daarom de zorgen van je peuter serieus, ga echter niet mee in zijn angst en stel hem uiteraard gerust. Kijk bijvoorbeeld samen onder zijn bed, zodat hij zeker weet dat daar niks ligt of jaag alle monsters met speciale ‘Monsterspray’ zijn kamer uit.
Verder lezen: In m’n artikel ‘Het middagdutje: Wanneer kan mijn kind het dutje ’s middags overslaan? (Incl. checklist)‘ lees je of je peuter er klaar voor is om het middagdutje over te slaan en hoe je dat kunt aanpakken. In m’n artikel ‘Ga nou toch lekker slapen, liefje! – 5 tips om je kind te leren slapen‘ lees je hoe je er voor zorgt dat je kindje ’s avonds rustig in slaap valt.
(9) Cognitieve ontwikkeling van je peuter:
Met de cognitieve ontwikkeling van je peuter bedoel ik zijn leervermogen. Hij leert allerlei nieuwe vaardigheden: hij leert steeds beter te begrijpen wat er om hem heen gebeurt, hij kan zijn geheugen steeds beter gebruiken en leert om kleine problemen aan te pakken en op te lossen. Ook kan hij steeds langer ergens zijn aandacht bij houden en zich langer op een taakje concentreren.
TIP: Om de cognitieve ontwikkeling van je peuter te stimuleren is het goed om dagelijks met je kindje te lezen. In de bibliotheek vind je allerlei (prenten)boeken, die uitermate geschikt zijn voor jonge kinderen. De thema’s in deze boeken sluiten vaak heel mooi aan op de belevingswereld van je kindje. Daarbij is samen lezen een mooie, gezellige één-op-één-activiteit, die kinderen doorgaans heel fijn vinden om samen met papa of mama te doen. Samen lezen vergroot ook nog eens zijn aandachtspanne en concentratievermogen en stimuleert zijn taal- / spraakontwikkeling. Dus door regelmatig voor te lezen, sla je heel makkelijk een aantal vliegen in één klap.
Verder lezen: Lees ook m’n artikel ‘Nog een keer lezen, nog een keer’- 5 eenvoudige tips om samen (voor)lezen met je kind nóg leuker te maken‘.
(10) Grote zus of broer worden:
Veel kinderen worden op deze leeftijd ineens grote broer of grote zus. Dat is voor henzelf een grote omslag. Ineens moeten ze de aandacht, die ze altijd van papa en mama kregen, delen met een ander kindje. Het ene kindje gaat makkelijker met deze verandering om dan het andere.
TIP: Bereid je peuter goed voor op de komst van zijn broertje of zusje. Laat hem waar mogelijk helpen met de veranderingen in huis. Als hij bijvoorbeeld in een andere kamer gaat slapen, kan hij zelf zijn knuffels naar de nieuwe kamer verhuizen. Als hij in een ander (groter) bed gaat slapen, dan kan hij zelf een mooi dekbedovertrek uitzoeken. Laat je peuter ook helpen met de inrichting van de babykamer. Als de baby er eenmaal is, kun je je kindje een cadeautje geven ‘namens de baby’.
Verder lezen: Lees m’n artikel ‘Hoera, er komt een kindje bij! – 5 tips over hoe je je oudste voorbereidt op een broertje of zusje.‘.
Wat kun je nog meer doen als ouder om de frustraties, boosheid en heftige emoties van je peuter het hoofd te bieden?
[A] Bewaar je rust, ook in uitdagende opvoedsituaties.
Probeer zo veel als mogelijk rustig op je kindje te reageren, ook tijdens een pittige of heftige opvoedsituatie. Je kindje mag best aan jou merken dat een grens is bereikt en dat je niet altijd zo maar meegaat in wat je kindje wil. Het is belangrijk om hem dat op een rustige manier duidelijk te maken.
[B] Geef je kind duidelijkheid: ‘zeg wat je doet, doe wat je zegt’.
Als je in allerlei situaties op dezelfde manier op je kindje reageert, dan weet hij steeds beter wat hij van jou kan verwachten en wat de bedoeling is. Dat vinden kinderen fijn; dat geeft hen rust en vertrouwen. Houd je vast aan de uitdrukking ‘zeg wat je doet, doe wat je zegt’: leg uit wat je gaat doen of wat je van je kindje verwacht en zorg er – op een fijne, liefdevolle manier voor – dat dat ook gebeurt.
[C] Geef je kind voldoende positieve aandacht.
Speel met je kind, zodat je je kind voldoende positieve aandacht kunt geven. Alle kinderen hebben dat nodig. Probeer dan aan te sluiten bij wat je kind op dat moment aan het doen is. Uiteraard is dat ook een mooie gelegenheid om je kind iets nieuws te leren. Als je kind met de duplo aan het spelen is, kun je samen een ‘superhoge’ toren; zo hoog mogelijk (totdat hij omvalt). Of je probeert samen een puzzel te maken; eerst eentje die past bij zijn leeftijd en dan – afhankelijk van hoe het je kindje afgaat – maak je de puzzel wat makkelijker of juist wat moeilijker. Zo kun je je peuter stimuleren, op een manier en op het niveau dat goed bij hem past.
Ook als iets bij het spelen niet meteen lukt of als het je kindje niet zo leuk lijkt te vinden, hoeft dat niet te betekenen dat hij dat nooit meer gaat doen. Juist door het toch nog eens klaar te leggen, door het vaker te doen of door het regelmatig samen te oefenen, gaat het hem steeds beter af én is de kans groot dat hij het steeds leuker gaat vinden.
[D] Accepteer dat het de ene dag beter gaat dan de andere. De peuterpuberteit kan voor ouders best een heftige periode zijn. Onderschat het niet. Maar wees ook realistisch: er zijn niet alleen dagen waarop het niet lekker loopt, er zitten ook hele fijne dagen tussen. En bedenk: liep het vandaag niet zo lekker? Begin dan morgen weer met frisse moed en een schone lei.
[E] Vergeet niet dat je kindje nog altijd heel lief kan zijn en op momenten heel fijn is in de omgang. Ook als hij nu regelmatig een driftbui heeft of veel huilt, zijn er nog altijd momenten waarop je veel plezier aan hem beleeft en hij jou veel liefde geeft. Geniet van deze momenten. Laat die fijne momenten niet overschaduwen door de lastige(re) opvoedmomenten.
Wil je graag reageren op dit artikel?
Dat mag! Zet jouw reactie dan onder dit bericht. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!
Wil jij meer OpvoedTips van Joyce lezen én ze als eerste in je mailbox ontvangen?
Dat kan! Helemaal gratis en vrijblijvend. Aanmelden is heel eenvoudig.
Cadeau: Als welkomstcadeau ontvang je meteen na je aanmelding het E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’.
Je leest er hier meer over.
Heb je vragen over één van deze thema’s, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?
Neem dan contact met me op.
Met vriendelijke groet,
Joyce Akse
Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl
© 2020. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.
Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.
Referenties van gebruikte literatuur voor dit artikel:
– Voorkom myopie bij jouw kind, met het gratis myopie-pakket. [ Klik hier. ]
– Woolfson, R. (2001). De pientere peuter. Uitgeverij Cantecleer: Baarn.
Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle OpvoedTips:
– ‘10 basistips om je kind of tiener beter te laten eten (incl. praktische tips).‘
– ‘10 basistips om je baby, kind of tiener lekker te laten slapen.‘
– ‘Het middagdutje: Wanneer kan mijn kind het dutje ’s middags overslaan? (Incl. checklist)‘
– ‘Boos zijn kun je leren! | 6 stappen om je kind te leren zijn boosheid te beheersen.‘
Klik hier voor andere opvoedtips, bijv. over voeding, media, beweging ed.
© De foto van Joyce Akse is gemaakt door Ilona Tychon Fotografie.
Ga (terug) naar de website van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.