Joyce Akse maakt een serie artikelen, waarin ze onderzoekers interviewt over hun eigen onderzoek. Het doel van deze serie is om resultaten van wetenschappelijk onderzoek te vertalen naar praktische tips voor ouders, waar ze thuis direct mee aan de slag kunnen. Deze thema’s hebben natuurlijk te maken met het ouderschap, met opvoeding en/of met de ontwikkeling van kinderen (0-12 jaar).
Iedereen maakt het helaas wel eens mee: het verlies van een dierbare. Je hoopt natuurlijk dat iedereen, die je lief is, zo lang mogelijk bij je blijft; maar dat er ooit een naaste zal overlijden, is helaas onvermijdelijk. Je weet dat zo’n overlijden zorgt voor groot verdriet, voor gemis, misschien ook wel voor boosheid of bijna fysieke pijn. Allemaal gevoelens, die je je kind het liefst wil besparen.
Toch kan ook je kind er mee te maken krijgen. Je wil het natuurlijk niet, maar het zal een keer gaan gebeuren. En dan is het goed om te weten hoe je als ouder op een goede manier met het verdriet en het gemis van je kind om kunt gaan. Waar doe je goed aan? Wat kun je doen of zeggen en wat beter niet?
In dit artikel vertelt dr. Mariken Spuij (orthopedagoog, Klinisch Psycholoog / Psychotherapeut en onderzoeker) hoe je met zo’n verdrietige situatie om kunt gaan en wat jij als ouder kunt doen om het verdriet en gemis voor je kind draaglijk(er) te maken.
Mariken, je bent expert op het gebied van verliesverwerking bij kinderen & jongeren. Hoe ben je bij dit onderwerp gekomen en wat spreekt jou er zo in aan?
‘Ik ben al lang gefascineerd door hoe mensen met angst, depressie en trauma behandeld kunnen worden. Ik vind met name de vraag hoe mensen heel verschillend, allemaal op hun eigen manier met ingrijpende gebeurtenissen, zoals een verlies, omgaan. Waardoor komen deze verschillen en hoe kunnen we de groep, die vastloopt, helpen? Aangezien ik van origine orthopedagoog ben, gaat mijn onderzoek over kinderen en jongeren, maar in mijn praktijk zie ik ook veel volwassenen.
Verder was het voor mij een logisch onderzoeksgebied. Bij Klinische Psychologie in Utrecht zit een belangrijke onderzoeksgroep op dit gebied (o.a. Prof. Dr. Paul Boelen, dr. Maggy Stroebe, dr. Henk Schut, Prof. dr. Jan van den Bout). Met onder andere Paul Boelen werkte ik destijds veel samen op het gebied van cliëntenzorg. De stap naar onderzoek was daarom snel gelegd.’
In het artikel ‘Wat vertel je je kind als iemand overlijdt?’ is orthopedagoog, klinisch psycholoog / therapeut & onderzoeker Mariken Spuij aan het woord. Ze is gepromoveerd op het thema ‘Gecompliceerde rouw bij kinderen en adolescenten’.
Momenteel werkt ze als orthopedagoog binnen haar eigen praktijk TOPP-Zorg waar ze kinderen, jongeren en volwassenen met traumatische rouw, angst en depressie behandelt. Daarnaast is ze en als universitair docent verbonden aan bij de opleiding Pedagogische Wetenschappen (Universiteit Utrecht) waar ze o.a. onderzoek doet naar rouw en verliesverwerking bij kinderen en jongeren. Tot slot is Mariken als docent en supervisor verbonden aan diverse post-academische opleiding (o.a. GZ-psycholoog, Psychotherapeut, Cognitief Gedragstherapeut en Orthopedagoog-Generalist).
Mariken heeft zelf drie kinderen: Marleen (16 jaar), Rogier (14 jaar) en Jildau (12 jaar).
In haar vrije tijd bezoekt ze graag (pop)concerten en festivals.
Je hebt je boek ‘Rouw bij kinderen en jongeren’ geschreven over het begeleiden van verliesverwerking. Wat was voor jou de belangrijkste aanleiding of motivatie om dit boek te schrijven? Wat is één van de belangrijkste boodschappen uit je boek?
‘Ik ben in 2014 gepromoveerd op de diagnostiek en behandeling van rouw, die stagneert, bij kinderen en jongeren (in de DSM-5 ‘persisterende complexe rouw stoornis’ geheten; in ICD-11 ‘prolongeer grief disorder’). Het boek was een logisch vervolg daarop. Een proefschrift is echter voor een beperkte groep. Ik wilde graag dat mijn kennis en ervaring voor meer mensen toegankelijk werd, geloof ik. Het was overigens ook toevallig dat het er kwam. Uitgeverij Nieuwezijds benaderde mij. Als ze dat niet hadden gedaan, was het er misschien wel nooit geweest.’
Iedereen maakt wel eens een periode van rouw mee in zijn leven; kinderen ook. Waar merk je dat ouders het meest mee zitten of tegen aan lopen als hun kind een periode van rouw doormaakt? Wat vinden ouders in zo’n periode het lastigste of moeilijkste? Zijn er ook dingen die ouders – onbewust of onbedoeld – ‘verkeerd’ aanpakken?
‘Ik vind het lastig om in het algemeen iets te zeggen. Iedere situatie is toch ook erg uniek. Tegelijkertijd zie ik wel vaak dat ouders hun kinderen willen beschermen tegen de pijn. Volstrekt logisch overigens… En dat kinderen andersom precies hetzelfde doen.
Het gevolg daarvan kan zijn dat er steeds meer verwijdering komt. Het tegenovergestelde van wat mensen willen gebeurt dan. Ooit las ik ergens dat een puber had gezegd: ‘Ben je bang om mij verdrietig te maken en zeg je daarom niets? Dat kan niet. Ik ben het al.’
Kortom, de pijn is er toch wel. Je kunt er naar vragen of gewoon iemand een knuffel geven. Het lastige is vaak dat mensen het gevoel hebben dat ze het moeten oplossen voor de ander. Dat kan (natuurlijk) niet.’
Mariken Spuij schreef het boek ‘Rouw bij kinderen en jongeren: Over het begeleiden van verliesverwerking’.
‘Een dierbare verliezen is een ingrijpende gebeurtenis, zeker als je nog jong bent. Kan een kind het intense verdriet van een verlies wel aan en blijft het niet voor altijd in negatieve zin getekend?
Gelukkig blijken de meeste kinderen met de juiste steun uit hun omgeving het verlies van een dierbare goed te kunnen verwerken. Dit betekent niet dat verliesverwerking een eenvoudige opgave is, zeker niet omdat volwassenen in de omgeving van het kind zelf meestal ook in de rouw zijn. Dit boek biedt handreikingen om kinderen en jongeren te steunen bij het rouwproces.’
Klik hier om meer over het boek ‘Rouw bij kinderen en jongeren’ te lezen.
Ik heb een aantal verschillende gezinssituaties voor je. Zou je bij elke situatie kort kunnen aangeven hoe ouders die het beste kunnen aanpakken? Wat kunnen ze beter wel of beter niet doen?
(1) Jullie hond is vorige week overleden en je zoon is er helemaal door van slag. Hij eet slecht, slaapt weinig en trekt zich het liefst de hele dag terug op zijn slaapkamer. Je begint je langzaam zorgen over hem te maken. Wat kun je als ouder doen?
‘Het verlies van een huisdier kan heel ingrijpend voelen voor een kind. Voor jonge kinderen is het vaak het eerste verlies waarmee ze geconfronteerd worden. Hoe gek misschien ook, het is een goede gelegenheid om het over verlies en de dood te hebben. Wat is dat eigenlijk dood? Wanneer ga je dood? En wat gebeurt er met je lichaam als je dood bent? Er zijn, zeker voor jonge kinderen, allerlei boekjes die kunnen helpen, bijv. om de juiste woorden te vinden.’
Leessuggesties: ‘Lieve oma Pluis’ (Dick Bruna); ‘Rikki en de eekhoorn’ (Guido van Genechten); Kikker en het vogeltje’ (Max Velthuijs); ‘Anna’s moemoe is dood’ (Kathleen Amant); ‘ ‘Ik had je nog zoveel willen zeggen’ (Martine van Nieuwenhyzen); ‘Doodgewoon’ (Bette Westera); ‘Code Kattenkruid’ (Jacques Vriens); ‘Achtste groepers huilen niet’ (Jacques Vriens)‘.
‘Je kunt als ouder de gevoelens normaliseren. Het is normaal als je je boos, bang en verdrietig voelt. Ook kan het zijn dat je je een beetje opgelucht voelt. Bijvoorbeeld omdat de hond na een ziekte of ouderdom geen pijn meer heeft.
Vaak is het belangrijk om ook weer leuke dingen te doen. Kinderen vinden het fijn om even iets anders te doen. Voor de één is dat voetballen en voor de ander is dat een tekening maken. Ook kun je samen fijne herinneringen ophalen aan de hond.
Kortom, heb het er over. Soms is gewoon even zijn naam noemen al genoeg. Of zeggen dat het zo gek voelt nu hij niet meer in huis rondloopt… Of dat het stiekem ook wel fijn is dat je hem niet meer hoeft uit te laten. Niet dat je het fijn vindt dat hij dood is. Natuurlijk niet! Maar dat uitlaten in de regen…’
(2) Je hebt net gehoord dat je eigen moeder plotseling is overleden. Je bent er helemaal kapot van. Na een tijdje raap je alle moed bij elkaar om het je kinderen te vertellen. Maar hoe vertel je hen eigenlijk dat oma is overleden? Waar begin je? Wat zeg je? Wat doe je?
‘Ook hier geldt dat je het gewoon kunt vertellen. Je past je taal aan aan het kind. Houd de boodschap kort. Check hoe kinderen reageren en reageer daar dan weer op. Oudere kinderen zullen misschien vragen hebben, die je niet verwacht had.
Probeer zo open en onbevooroordeeld te luisteren naar de vragen van je kind(eren). Vaak is de vraag achter de vraag belangrijker om te bespreken dan de initiële vraag. Hiermee bedoel ik dat kinderen niet voor niets deze vraag op dit moment stellen. Probeer je te bedenken waar de vraag vandaan komt en pas je antwoord hierop aan.’
(3) Een tijdje geleden is je vader overleden en niet alleen jij maar ook je dochter heeft het daar erg moeilijk mee. Zij mist haar opa enorm. Jullie hebben beiden een groot verdriet. Je wil tijd en ruimte hebben voor je eigen verdriet, maar je wil er ook zijn voor je kind. Hoe vind je daar een goede balans in? Waar moet je dan rekening mee houden?
‘Dat is natuurlijk heel lastig. Ik zie vaak dat ouders hun kind(eren) willen beschermen en tegelijkertijd dat kind(eren) hun ouder(s) willen beschermen. Het gevolg is dan vaak dat ze pijnlijke onderwerpen vermijden en het er niet meer over hebben. Het gevaar is dat gezinsleden steeds verder van elkaar verwijderd raken.
Rouwen heeft in feite twee kanten. Enerzijds is er de verliesgerelateerde kant en aan de andere kant is er de meer herstelgeoriënteerde kant. Ik vergelijk het vaak met een roeiboot: je moet aan beide riemen trekken om vooruit te komen. Als je vooral met een roeispaan bezig bent, draai je rondjes of lig je stil.
Bij gezinnen in rouw helpt deze metafoor om te bedenken dat rouwen betekent dat je enerzijds ruimte en tijd neemt om stil te staan bij de pijnlijke emoties (zoals verdriet, boosheid, angst) en anderzijds om weer leuke en plezierige dingen met elkaar te ondernemen.’
Tenslotte, wat is het allerbelangrijkste dat je als ouder voor je kind kunt doen als je kind een periode van rouw doormaakt?
‘Dat is een goede en interessante vraag. Tegelijkertijd is hij erg moeilijk te beantwoorden. Want ieder verlies is anders, maar ieder kind is dat ook. Het is dus lastig om in algemeenheden te spreken.
Misschien is het het belangrijkst om je als ouder te realiseren dat kinderen vaak ‘herrouwen’. Daarmee bedoel ik dat het verwerken van een verlies vaak op een latere leeftijd als het ware opnieuw wordt doorgewerkt.
Dit heeft vaak te maken met het feit dat kinderen meer gaan begrijpen of andere vragen krijgen. Bijvoorbeeld kinderen die toen ze peuter of kleuter waren een dierbare hebben verloren, zullen zich misschien op latere leeftijd gaan afvragen wie die ander nu werkelijk was. Zelf hebben ze vaak nauwelijks herinneringen aan hem of haar. Dat is soms pijnlijk, maar het kan ook verwarrend zijn en vragen oproepen. Wat heb ik van hem of haar? Of wat zou hij of zij gedaan hebben in deze situatie? enzovoort.
Het blijft natuurlijk belangrijk om met elkaar in contact te blijven. Soms is dat heel lastig. Zeker als er veel (emotionele) pijn ervaren wordt. Het kan dan fijn zijn om juist dingen samen te doen. Denk aan praktische dingen, die makkelijk te organiseren zijn, zoals een potje voetballen of iets knutselen. Soms zullen er dan ook gesprekjes ontstaan over dingen die aan het verlies raken. Bijvoorbeeld ‘papa hield ook zo van hard tegen de bal aan trappen’ of ‘het is fijn om te kleuren als je je verdrietig voelt’. Gesprekjes over de dierbare en het verlies komen dan meestal gaandeweg ‘vanzelf’.’
Wil jij als eerste Joyce’ waardevolle OpvoedTips ontvangen?
Helemaal GRATIS en vrijblijvend. Klik dan hier.
Cadeau: Kort na je aanmelding van het e-zine ontvang je Joyce’ E-book ‘Nóg meer genieten van je kind – 5 x 5 OpvoedTips’ als cadeau. Dat is dus ook helemaal gratis en vrijblijvend. Je leest er hier meer over.
Wil je graag reageren op dit artikel? Dat mag!
Zet jouw reactie dan onder dit bericht of op m’n Facebook-pagina. Houd het wel constructief, liefst in de vorm van ‘Tips & Tops’. Dankjewel voor je medewerking!
Heb je vragen over dit thema, wil je meer weten over het onderwerp of heb je een andere opvoedvraag?
Neem dan contact met me op.
Met vriendelijke groet,
Joyce Akse
Opvoedcoach & Psycholoog | http://www.aksecoaching.nl | info@aksecoaching.nl
© 2019. Joyce Akse / Akse Coaching, alle rechten voorbehouden.
Geschreven door Joyce Akse van ‘Akse Coaching – Opvoedcoaching & Opvoedadvies’.
Klik hier voor jouw dagelijkse portie OpvoedInspiratie op Facebook.
Lees ook andere artikelen van Joyce met waardevolle opvoedtips:
– ‘4 manieren om je kind te helpen met lastige emoties (+ 3 BONUSTIPS)’. Klik hier.
– ‘Waarom huil je nu alweer?’ (over: Hoe je ervoor zorgt dat je kind minder huilt.)’. Klik hier.
– ‘Positief opvoeden: Start je opvoeding goed met deze 5 stappen.’ Klik hier.
– ‘Laat dat nou!’ (over: 5 opvoedvalkuilen waar we allemaal intrappen én waardoor opvoeden onbedoeld lastiger wordt). Klik hier.
Klik hier voor meer waardevolle opvoedtips van Joyce, bijv. over (niet) willen luisteren, slapen of eten ed.
Ga (terug) naar de website van Akse Coaching: http://www.aksecoaching.nl.